Geef uw mening!
Stuur uw brieven, foto's, afbeeldingen, filmpjes of cartoons naar
theo.kooijmans@gmail.com
Maak het niet te bont. De redactie behoudt zich het recht voor om inzendingen zonder opgaaf van redenen te weigeren.

zondag 30 juli 2023

Meicirculaire – deel twee – 2024-2027

In de kadernota meldt het college een dreigend tekort van € 5,8 miljoen in 2024, En voor de jaren daarna ziet het er nog veel somberder uit met als dieptepunt een tekort van € 11,2 miljoen in 2026.  

Ik vraag me af of deze cijfers overeenkomen met de werkelijkheid.

Onderstaand de tekorten volgens het college van B&W: 

Gemeenten krijgen geld van de Rijksoverheid uit het gemeentefonds. Hiermee betalen zij een deel van hun uitgaven. Gemeenten bepalen zelf waar ze dit geld aan besteden. Zij moeten dit wel uitleggen aan de gemeenteraad.

Eerst even wat uitleg over termen die worden gebruikt. Er zijn enkele typen uitkeringen. De Algemene Uitkering is de basisuitkering die de gemeente naar eigen inzicht kan besteden. Gemeenten krijgen naast de Algemene Uitkering ook zgn. Decentralisatie- en Integratie-uitkeringen uit het gemeentefonds. Deze zijn bedoeld voor specifieke taken als bijv. Voogdij (Jeugd) of Armoedebestrijding Kinderen. 

 Algemene Uitkering + Decentralisatie- en Integratie Uitkeringen = Totale Uitkering. 

Naast de Meicirculaire 2023 van het Rijk (inclusief de Rekentool) is er ook het Memo Meicirculaire gemeentefonds 2023 van de gemeente Rheden waarin het college van B&W zelf aangeeft welke bedragen de gemeente Rheden uit het gemeentefonds ontvangt. 

In een eerdere vergadering had ik al gevraagd of de genoemde bedragen de Totale Uitkering of de Algemene Uitkering betreft.  Volgens de wethouder betreffen de bedragen in de memo de Totale Uitkering.



Ik zie grote afwijkingen tussen de bedragen volgens de rekentool van het Rijk en de uitkeringsbedragen die in het Memo Meicirculaire gemeentefonds 2023 worden genoemd. En dan gaat het niet om een paar stuivers maar om miljoenen.

Hoewel de wethouder aangaf dat de bedragen in de memo de Totale Uitkering betreffen heb ik voor de zekerheid ook de bedragen vergeleken met de Algemene Uitkering (zie verderop).

Totale Uitkering

Omdat de wethouder aangaf dat de bedragen die in de memo worden vermeld de Totale Uitkering betreffen heb ik de bedragen die daarbij horen als eerste vergeleken.

Zie onderstaande tabel. De bedragen (Totale Uitkering) over de jaren 2024 tot en met 2027 die de gemeente volgens de rekentool van het rijk ontvangt (bovenste regel) en de bedragen die het college zegt te ontvangen (onderste regel).

Dus: Uitgaand van de Totale Uitkering ontvangt de gemeente volgens de rekentool van het Rijk de komende jaren aanzienlijk meer geld dan het college in het Memo aangeeft. In 2024 ontvangt Rheden in de versie van het Rijk 909.303 meer dan volgens het memo. En dat bedrag loopt in de jaren daarna zeer sterk op. Het gaat daarbij om miljoenen. In het voordeel van de gemeente dus.

Volgens de Rijkstool ontvangt Rheden In 2025 € 5.725.063, - meer. In 2026 loopt dit op naar € 8.407.404, - en in 2027 is het zelfs € 12.354.136 meer. Miljoenen euro’s meer dus dan het college in haar memo aangeeft.  

Als ik deze verschillen (afgerond) verreken met het financieel perspectief dan ziet de rekening er zo uit:

Nog steeds een fors tekort in 2024 maar toch al iets minder fors dan het college verwacht. Bovendien ziet de toekomst er vanaf 2025 wel heel erg anders uit!

Algemene Uitkering

Zoals aangegeven heb ik voor de zekerheid toch ook even de bedragen vergeleken die horen bij de Algemene Uitkering. Dan krijg ik andere verschillen

Zie onderstaande tabel. De bedragen (Algemene Uitkering) over de jaren 2024 tot en met 2027 die de gemeente volgens de rekentool van het rijk ontvangt (bovenste regel) en de bedragen die het college zegt te ontvangen (onderste regel).

Maar dan zijn de verschillen nog steeds verontrustend groot. En zeker voor 2024. Volgens de Rijkstool ontvangt Rheden in 2024 dan € 5.715.611- miljoen minder dan het college zelf denkt. In 2025 bedraagt het nadeel voor Rheden € 666.312, -. Vanaf 2026 ziet het er dan weer beter uit. In 2026 ontvangt Rheden € 2.157.008, - meer dan ze zelf verwacht en in 2027 zelfs € 6.355.998, - meer.

 Let op! Dan ontvangt de gemeente in de versie van het Rijk in 2024 ineens € 5.715.711, - euro minder dan volgens haar eigen Memo. Dan VERDUBBELT het tekort in 2024 van 5,8 miljoen euro naar 11,5 miljoen euro.

Hoe is dat in vredesnaam mogelijk. Ik ben er nog steeds niet achter waardoor dat komt. Heeft u gelijk of heeft de rekentool van het rijk de juiste bedragen.  In het laatste geval kunnen de zorgen van Rheden over het sluitend maken van de begroting aanzienlijk minder zijn.

Mijn verwarring is groot.  Maar ik wil absoluut weten hoe dit kan. Zoals ik al eerder zei. Ik ben geen expert. Ik ben een lokale amateurpoliticus. Wel uiterst nieuwsgierig, dat wel, iemand die licht probeert te verschaffen in de financiële duisternis en zijn controlerende taak zo goed mogelijk te vervullen. En ik baseer me op de gegevens die ik tot mijn beschikking heb gekregen.  

Ergens zit er iets scheef. Zit het scheef in de vergelijkingen die ik gemaakt heb, zit het scheef in de berekeningen van het Rijk of van de Gemeente of zit er iets scheef in mijn hoofd? Zit het in onderliggende data waar ik niet bij kan? Is de uitkeringsfactor die in de Rekentool wordt gebruikt niet juist? Sta ik hier onzin te verkopen? Daarom heb ik de wethouder gevraagd om mij te helpen om dit allemaal recht te zetten, om deze kluwen te ontwarren. En ik laat me daarbij niet het bos insturen.

Waarom wijken de cijfers van het Rijk zo sterk af van de cijfers die de gemeente geeft? Ik hoor graag precies hoe het zit? En kan ik het rekentool die bij de Meicirculaire wordt geleverd gebruiken? Of is daar nog een gebruiksaanwijzing bij nodig.  Zo nee, waarom niet? Zo ja, waar is die?  En nog belangrijker: zijn de cijfers die in het Memo als Eindstand algemene uitkering 2023-2027 (o.b.v. meicirculaire) staan aangegeven correct! Hoe komt u aan die cijfers?

Ik word een dezer dagen uitgenodigd om me te laten voorlichten over de manier waarop de gemeente tot haar cijfers komt. Ik ben reuze benieuwd! 

vrijdag 28 juli 2023

Kadernota 2024 - 5,8 miljoen in de min

De kadernota verschijnt jaarlijks in juni. In de kadernota staat welke plannen het college de komende jaren heeft. Deze worden in de maanden daarna verder uitgewerkt om daarmee de begroting voor 2024 en de meerjarenbegroting voor de jaren daarna op te stellen. De begroting wordt in november door de raad vastgesteld. Zonder ingrijpen dreigt een tekort van € 5,8 miljoen.  

In het voorwoord van de Kadernota uit het college van B&W haar zorgen over alle ontwikkelingen in de maatschappij. Van corona tot de Russische invasie in de Oekraïne en alle crises die zij verder ervaart. Het alarm gaat af en blijft afgaan op alle mogelijke onderwerpen, stikstof, klimaat, diversiteit, en woningtekort.

Het college vergeet echter één crisis die wij, de Volkspartij Politiek Rheden, als een van de belangrijkste zien. Dat is de asiel-, migratie- en integratiecrisis die aan de wortels van onze  samenleving knaagt en tot verdere uitholling van (wat er nog rest van) de Nederlandse verzorgingsstaat, de woningtekorten opdrijft en zorg en onderwijs onder steeds grotere druk zet. Ook de inwoners van de gemeente Rheden worden hierdoor geraakt.

Enfin, in de 1e bestuursrapportage klonk het nog vol optimisme dat het college in 2023 een positief financieel resultaat verwacht. Maar vanaf 2024 is het gedaan met de zonnige perspectieven.

Aanvankelijk verwachtte het college voor 2024 een begrotingstekort van € 9 miljoen. Na verwerking van de meicirculaire en zonder verdere maatregelen is dit bijgesteld naar een tekort van € 5,8 miljoen. Minder dan de aanvankelijke € 9 miljoen maar nog steeds een zeer fors tekort. En voor de jaren daarna ziet het er nog veel somberder uit met als dieptepunt een tekort van € 11,2 miljoen in 2026.  Zie daartoe onderstaand overzichtje: 


NB; Ik kom nog terug op bovenstaande cijfers bij een volgende aflevering, ik vraag me namelijk af of deze cijfers overeenkomen met de werkelijkheid.

De grote vraag is nu: Hoe houden we het gemeentelijke huishoudboekje op orde? Hoe gaan we die tekorten te lijf. Gaan we bezuinigen, gaan de lasten omhoog, of zetten we de reserves in? Of een combinatie hiervan? In ieder geval zal de gemeente Rheden haar ambities de komende jaren moeten afstemmen op de beschikbare middelen.

In de informatiebrief “Op naar sluitend meerjarenperspectief” stelt het college  dat zowel de jaarrekening 2022 als de kadernota 2023 een afwijkend beeld laten zien in vergelijking met andere gemeenten van vergelijkbare omvang. Een intrigerende vraag? Wat is er zo bijzonder aan onze gemeente dat wij op zulke tekorten afstevenen? En de problemen manifesteren zich pas nu? De komende maanden gaat het college op zoek naar antwoorden. Daarvoor zal bureau Twijnstra en Gudde een vergelijkend onderzoek naar vergelijkbare gemeenten uitvoeren.  Het resultaat van dat onderzoek willen wij natuurlijk graag zien. Die toezegging hebben we: 

Wethouder Klomberg zegt, naar aanleiding van een vraag van de heer Kooijmans, toe om het onderzoeksrapport van Twijnstra en Gudde -naar verwachting- begin september ter informatie aan de raad toe te kunnen zenden.

Daarnaast zal het college de raad in de zomerperiode op de hoogte houden van de stappen die nodig zijn om tot een sluitende begroting 2024 te komen.

Daarin staan twee vragen centraal:

·       Wat moet de gemeente doen om tot een sluitende begroting te komen? Welke (beleids- en inhoudelijke richting moet de gemeente op om het verder oplopen van de begroting tegen te gaan. Zoek de bezuinigingen en ombuigingen in beleid, projecten en taken die de inwoners niet direct raken.    

·       Hoe komt de gemeente tot een besluitende begroting?

     Welke stappen moeten worden gevolgd en op welke wijze worden de organisatie en raad hierbij betrokken? 

De Volkspartij Politiek Rheden heeft overigens wel een paar wensen als het gaat om het aanhalen van de broekriem.

·       Zoek de bezuinigingen en ombuigingen in beleid, projecten en taken die de inwoners niet direct raken.    

·       Maak pas op de plaats met gemeenschappelijke regelingen. Alleen uitbreiding of verdieping van taken als daar aantoonbaar kostenvoordeel tegenover staat.

·       Wees voorzichtig met samenwerking met andere gemeenten. Hanteer reële tarieven als het gaat om dienstverlening die Rheden ten behoeve van andere gemeenten levert. Wij hebben geen behoefte aan gemeenten die alleen geïnteresseerd zijn in de krenten van de samenwerkingspap en intussen onze organisatie steeds zwaarder  belasten. En sowieso moet gelden: samenwerking is okay maar wat schiet Rheden daarmee op?

donderdag 27 juli 2023

Meicirculaire - deel 1 - 2023

Gemeenten hebben geld nodig om alles wat ze doen te bekostigen. Dat geld komt uit verschillende bronnen. Het meeste geld ontvangen ze van de rijksoverheid. Gemiddeld dekken gemeenten 9 à 10 van hun uitgaven uit lokale belastingen en heffingen. Denk aan belastingen  (bijv. OZB, toeristenbelasting etc.), leges voor bijv. bouwvergunningen, paspoorten en ID-bewijzen en reinigings- en rioolrechten.

Maar het rijk is dus de belangrijkste geldschieter. Dat rijksgeld wordt aan de gemeenten uitgekeerd via het zgn. gemeentefonds. De gemeenten worden drie keer per jaar geïnformeerd over de omvang en de verdeling van deze uitkering: in mei, september en december. (in jargon: de meicirculaire, septembercirculaire en decembercirculaire)

Die informatie wordt vergezeld van een rekentool waarmee je zelf kunt uitrekenen hoeveel een gemeente ontvangt. Je hoeft daarvoor alleen de gemeentecode in te vullen. (Gemeente Rheden heeft code 275).

De informatie van de meicirculaire 2023 kun je downloaden via:  https://www.rijksoverheid.nl/documenten/circulaires/2023/05/31/meicirculaire-gemeentefonds-2023

Daarnaast kwam de gemeente ook zelf met informatie over de financiële effecten van de Meicirculaire gemeentefonds 2023. 

En daar gaat het wringen. De bedragen die het college van B&W van de gemeente Rheden vermeldt in de Memo meicirculaire gemeentefonds 2023 wijken af van de bedragen volgens de rekentool van de rijksoverheid.

Onderstaand het bedrag voor het jaar 2023 dat de gemeente volgens de rekentool van het rijk ontvangt (bovenste regel) en het bedrag dat het college zegt te ontvangen (onderste regel).



De gemeente (het college van B&W) zegt dus dat ze in 2023 € 192.024, - meer ontvangt dan de bij de meicirculaire geleverde rekentool aangeeft. Ja, je kunt zeggen het is “maar een kleine twee ton”. Maar geloof me, er zijn dagen dat ik ze niet in mijn zak heb hoor! En een tekort betekent dat je die twee ton ergens anders vandaan moet halen via bezuiniging of het niet uitvoeren van beleid. 

Er was al een prognose van € 1,1 miljoen tekort. Als ik gelijk heb dan wordt dit tekort groter. Er is dan een tekort van € 1,3 miljoen.

Zie ik het verkeerd?  Ik ben immers geen expert. Ik ben een nieuwsgierig raadslid, een amateurpoliticus. Beoordeel ik de cijfers op een verkeerde manier? Is het een kwestie van "er staat niet wat er staat"?

Wie heeft er nu gelijk? De rijksoverheid of de gemeente? Allebei?

Maar dan ben ik in opperste verwarring. Of zoals Johannes in zijn Paasevangelie zegt: “Kijk, je ziet niet wat je ziet. En je weet niet wat je zíét als je eenmaal ziet!” 

Het verschil in 2023 bedraagt dus € 192.024, -. Da’s nog relatief overzichtelijk maar de meicirculaire geeft ook aan hoe hoog de uitkering wordt in de jaren 2024-2028. En dan worden de verschillen wel heel erg groot. Daarover later meer. 

vrijdag 21 juli 2023

Eerste Bestuursrapportage - Over Walibi en Wensdenken

 Op 4 juli werd in de raadsvergadering de Eerste Bestuursrapportage 2023 behandeld

Twee keer per jaar verschijnen de bestuursrapportages met daarin de stand van zaken van de lopende begroting 2023. Het college van B&W geven daarin aan welke veranderingen en afwijkingen ze zijn tegengekomen bij de realisatie van de doelen en resultaten uit de begroting 2023 in de eerste maanden van 2023.

Het college meldt dat deze Bestuursrapportage een verslechterd financieel perspectief laat zien. Het verwachte resultaat verandert van € 530 duizend voordelig naar € 1,1 miljoen nadelig.

Om daar onmiddellijk aan toe te voegen dat het college blijft sturen om op een positief resultaat  uit te komen.

En om daar weer aan toe te voegen dat zij in combinatie met de kadernota een verslechtering te zien.

Op de volgend pagina kijkt het college echter weer uit naar een mooi jaar dat zij verwacht positief af te sluiten.

Heeft het college bij het opstellen van deze rapportage in een van de achtbanen van Walibi of de Efteling gezeten. Zulke taal komt de geloofwaardigheid van een dergelijk stuk niet ten goede.  

Het resultaat komt dus uit op € 1,1 miljoen nadelig. Maar dit is niet het complete verhaal. Dat is nog zonder de 661.00 euro die de Connectie (de Connectie is het facilitair en IT-bedrijf van Arnhem, Renkum en Rheden) dit jaar extra nodig heeft. En zonder financiële implicaties van niet uit ziektebudget te dekken inhuur, groei van vakantiedagen en spaarverlof waarvoor naar verwachting ca. 1 miljoen euro extra nodig is. Daar staat nog een mogelijk subsidie (maar nog niet toegekend) van 945.000 euro van het ESF (Europees Sociaal Fonds) tegenover. Dus per saldo levert dit een extra tekort van 700.000 euro op. Dan komen we dus niet uit op € 1,1 miljoen nadelig maar op € 1,8 miljoen nadelig. 

Dus zonder ingrijpen of verdere verbetering van rijksuitkeringen gaan we naar een nadelig resultaat van ongeveer twee miljoen euro. Ik ben reuze benieuwd welke maatregelen het college gaat nemen om zoals ze zelf zegt toch tot een positief resultaat te komen. 

donderdag 20 juli 2023

Onzin over opvang asielzoekers in Bestuursrapportage

Op 4 juli werd in de raadsvergadering de Eerste Bestuursrapportage 2023 behandeld

Twee keer per jaar verschijnen de bestuursrapportages met daarin de stand van zaken van de lopende begroting 2023. Het college van B&W geeft daarin aan welke veranderingen en afwijkingen ze zijn tegengekomen bij de realisatie van de doelen en resultaten uit de begroting 2023 in de eerste maanden van 2023.

In het voorwoord trok een passage over de opvang van Oekraïense vluchtelingen en  asielmigranten mijn aandacht.  Rheden heeft hier invulling aangegeven door bijvoorbeeld aanvullend per 14 april 2023, 250 opvangplekken voor Oekraïners te bieden en ook 30 alleenstaande minderjarige vluchtelingen (AMV-ers) in de locatie COA Velp-Arnhemsestraatweg, op te vangen. “

Dat van die Oekraïense vluchtelingen was mij bekend maar mij was niets bekend over de aanvullende opvang van 30 alleenstaande minderjarige  vluchtelingen. 

Daar wilde ik opheldering over hebben. In antwoord op een vraag van mij antwoordde de burgemeester (portefeuillehouder asiel) dat de zinssnede over de opvang van 30 alleenstaande minderjarige vluchtelingen in de locatie COA Velp-Arnhemsestraatweg niet klopt. Het is niet waar!  Als hij aanwezig was geweest toen de tekst werd opgesteld dan zou dit zeker niet in de rapportage zijn terechtgekomen.

Kijk, als er in het voorwoord van deze bestuursrapportage al onzin staat, nonsens, of laat ik ff dimmen een dergelijk “misverstand” staat dan vraag ik me af wat de rest van het document voor waarde heeft. Staan er nog meer “misverstanden” in?

En ik blijf me erover verwonderen. Hoe komen deze woorden in dit document? 

Heeft de kopieerduivel toegeslagen, heeft iemand dit gewoon even uit zijn of haar duim gezogen of is het een gerucht dat bij de koffieautomaat of de  vrijdagmiddagborrel is ontstaan? Hoe zit dat dan?  Ik kan me niet voorstellen dat dit zomaar op een achternamiddag in iemands hoofd komt opborrelen.

Het is volgens de burgemeester niet waar? Hij meldt dit officieel aan de raad en ik kan niet anders dan geloof hechten aan zijn woorden. 

Maar hoe zit ‘t dan met de fantast die achter het toetsenbord zit en zulke onzin opschrijft?  

woensdag 19 juli 2023

Jaarstukken 2022 – Motie verantwoording sportaccommodaties

De Volkspartij Politiek Rheden had bij de behandeling van de Jaarstukken 2022 in de raadsvergadering van 4 juli een motie ingediend over het ontbreken van een verantwoording over de sportaccommodaties.  

De werkgroep Jaarrekening (ik ben lid van deze werkgroep) vindt het feitelijk onaanvaardbaar dat de raad onvoldoende zicht heeft op de inkomsten en uitgaven van individuele sportaccommodaties. Het college reageerde daar  nogal teleurstellend op met  de opmerking dat ze niet voornemens is om een nieuwe rapportage ‘accommodaties’ toe te voegen aan de rapportage `grote projecten´.

Dan zullen we hier dus als raad op een andere manier mee om moeten gaan.

Wij hadden daarom een motie voorbereid  waarin het college wordt opgeroepen om voor de jaarrekening 2023 per daarvoor in aanmerking komende sportaccommodatie de financiële en maatschappelijke  baten en lasten te verantwoorden.



In de discussie over deze motie kwam wethouder Ter Hoeven met de volgende toezegging:

 “Wethouder Ter Hoeven zegt, naar aanleiding van het verzoek van de heer Kooijmans, toe dat er in een oktober een raadsinformatiebrief volgt over het Biljoenbad en andere sportaccommodaties; in november volgt een gesprek met de raad of deze raadsinformatiebrief voldoende informatie bevat en/of dit jaarlijks een plek krijgt in de planning- en controldocumenten

Wij hebben daarop de motie aangehouden. In afwachting van de raadsinformatiebrief. Als het nodig is dienen we de motie alsnog in.

dinsdag 18 juli 2023

Jaarstukken 2022 - Gedoe!

In de raadsvergadering van 4 juli 2023 werden de Jaarstukken 2022 door de raad beoordeeld. Met de Jaarstukken legt het college van B&W verantwoording af over het beleid en de financiën van het voorgaande jaar. 

Je wordt niet vrolijk van het gedoe met en rond deze stukken.

 De Werkgroep Jaarrekening licht elk jaar de concept jaarstukken kritisch door met het doel een advies over de jaarstukken aan de raad uit te brengen. Ik ben zelf lid van deze werkgroep. Ieder jaar is er wel iets aan te merken maar dit jaar maakte het college het wel heel bont.  In het concept ontbrak essentiële informatie zonder dat daar een verklaring voor werd gegeven. Dat veroorzaakte behoorlijk wat irritatie. Ik kreeg echt het idee dat ik nodeloos energie aan het verspillen was en heb dan ook op het punt gestaan om in de werkgroep Jaarrekening de Pijp aan Maarten te geven.

Tot op het laatste moment op 30 juni kwamen er nog wijzigingen.

De accountant was ook niet tevreden over de opgeleverde stukken en had meer tijd nog om de controles door te voeren. Sterker nog pas tijdens de raadsvergadering van 4 juli waarin de jaarstukken aan de orde kwamen kwam  de accountantsverklaring binnen.

De conclusies van de werkgroep waren niet mals.

Enkele alinea’s uit de bevindingen van de Werkgroep Jaarrekening.

“De werkgroep is van mening dat door het (nog) niet verstrekken van deze informatie haar belangrijke informatie is onthouden. Op basis van de jaarstukken, in de vorm zoals die nu aan de werkgroep zijn voorgelegd, valt daardoor niet op te maken hoe het is gesteld met de financiële positie van Rheden.”

“In de stukken staat vermeld dat de jaarrekening 2022 sluit met een positief saldo, te weten een overschot van afgerond € 2.691.000. Een mooi resultaat lijkt het, maar uit de stukken blijkt niet wat de aanleiding is van dit overschot en evenmin welke bestemming van het rekeningresultaat het college aan de raad wil voorstellen. Zijn de doelen die de gemeenteraad bij de begroting 2022 heeft vastgelegd wel gehaald? Zijn taken in 2022 goedkoper uitgevoerd dan begroot? Of was er geld beschikbaar gesteld, maar was het college er niet in geslaagd om dat in 2022 uit te voeren? In dat geval is er weliswaar sprake van een overschot, maar moet hiervoor een bestemmingsreserve worden aangelegd en zegt dit dus niets over het rekeningresultaat. De werkgroep jaarrekening is van mening datdit onvoldoende uit de overgelegde stukken kan worden afgeleid.”

 “Volgens de bestuurlijke planning ontvangt de raad de definitieve jaarstukken eerst op 2 juni 2023. Dit is echter ook de datum waarop de werkgroep jaarrekening volgens planning haar advies uitbrengt. Dat betekent dat de werkgroep niet in staat is geweest om een oordeel te geven over de financiële positie van Rheden. Zij kan daarom niet anders dan zich te onthouden van een belangrijk onderdeel van haar advisering.”

 “De conclusie van het voorgaande is, dat de werkgroep jaarrekening veel tijd en energie heeft gestoken in dit jaarrekeningproces, maar op basis van de haar ter beschikking gestelde informatie niet in staat is om haar adviesrol op een juiste manier te kunnen invullen. Dit moet naar de mening van de werkgroep jaarrekening echt anders. De werkgroep blijft dan ook bij haar standpunt dat het jaarrekeningproces zodanig moet worden ingericht dat de accountant met de controlewerkzaamheden kan starten in de eerste week van april en de werkgroep jaarrekening voldoende in staat is om de bevindingen van de accountant mee te kunnen nemen in haar beoordeling van de jaarstukken. Alleen dan is het voor de werkgroep jaarrekening mogelijk om een gedegen advies te kunnen geven over de jaarstukken en wordt de raad in positie gebracht om zijn controlerende rol goed te kunnen vervullen. Gelet op het voorgaande onthoudt de werkgroep jaarrekening zich van een inhoudelijk advies over de jaarstukken.

In een reactie op de bevindingen  van de werkgroep probeerde het college de schuld deels in de schoenen van de accountant te schuiven. (“veel tijd nodig voor afstemming met de accountant” )

Dit moet echt beter. Niet alleen in tijd sneller maar ook kwalitatief beter. Het college dient alles op alles te zetten om dit voor de jaarstukken 2023 fors te verbeteren.

Er wordt veel geld gepompt in het professionaliseren van de organisatie. De informatiesystemen zouden zo langzamerhand op orde moeten zijn evenals de processen. Sinds vorig jaar worden er kwartaalafsluitingen gehouden. Die kwartaalafsluitingen zouden juist moeten helpen om de jaarrekening goed en op tijd af te kunnen ronden.

Begin eerder met de voorbereiding. Een goede voorbereiding is het halve werk.  Zodat de raad tijdig, complete en kwalitatief goede en gecontroleerde jaarstukken ontvangen.  Het college weet waar het verkeerd gaat.
Anticipeer daar dan op.

Ik had eerder (op 15 juni) al gevraagd wanneer de jaarafsluiting 2023 is gepland.  Daarop kwam het antwoord: 1 maart 2024. Dat werd in het verlsag van die vergadering echter niet vastgelegd. Ik heb in de raadsvergadering van 4 juli daarom expliciet aan de wethouder gevraagd om dit nog eens te bevestigen. 

Vastgelegde toezegging tijdens de raadsvergadering van 4 juli: 

Wethouder Klomberg zegt, naar aanleiding van het verzoek van de heren Endeveld en Kooijmans, toe op 1 maart de boeken te sluiten, zodat de accountant tijdig kan beginnen met de controle werkzaamheden.

We zullen hem hieraan houden!

maandag 17 juli 2023

Jaarstukken 2022 - Overschot?



In de raadsvergadering van 4 juli 2023 werden de Jaarstukken 2022 door de raad
beoordeeld. 

Met de Jaarstukken legt het college van B&W verantwoording af over het beleid en de financiën van het voorgaande jaar, in dit geval het jaar 2022. 

Zijn alle voornemens uit de begroting van 2022 uitgevoerd en is het college binnen de financiële grenzen gebleven?

Er was een overschot van € 3.257.000. 

Dat ziet er op het oog mooi uit maar het is niet zo mooi als het lijkt. 

Dit overschot komt onder andere doordat niet alle voornemens konden worden uitgevoerd en er staan nog diverse punten open die alsnog moeten worden uitgevoerd. 

Bovendien moet er geld opzij worden gezet voor tegenvallers die zich voor zullen doen. Voorbeelden hiervan zijn o.a. een reservering van € 544.000, - voor wettelijk verlof van ambtenaren (dat door de ambtenaren nog niet is opgenomen) en voor afvalverwerking van € 302.000, -. Resteert een voorlopig overschot van € 2.411.000,- 

Maar er is nog een hele reeks zaken waar dat restantgeld aan besteed moet worden. De raad heeft o.a. bij een mede door de Volkspartij Politiek Rheden ingediende motie besloten om een voorschot van € 500,- aan energietoeslag uit te keren aan mensen met een inkomen tot 150 % van de bijstandsnorm.  

Het college komt begin september met voorstellen waar het restant overschot aan besteed moet worden. Daarvoor heeft het college al een voorlopige indicatie gegeven. Het restant overschot van € 2.411.000,-  is nu al te weinig om alle voorstellen te kunnen betalen.

Onderstaand de (voorlopige lijst met) voorstellen: