Geef uw mening!
Stuur uw brieven, foto's, afbeeldingen, filmpjes of cartoons naar
theo.kooijmans@gmail.com
Maak het niet te bont. De redactie behoudt zich het recht voor om inzendingen zonder opgaaf van redenen te weigeren.

donderdag 5 augustus 2010

Belangengemeenschap De Steeg

De Raad van State heeft het besluit van de voorzieningenrechte om de Belangengemeenschap De Steeg en Havikerwaard niet ontvankelijk te verklaren inzake haar bezwaren tegen de bouw van een kantoorgebouw tegenover het gemeentehuis in De Steeg vernietigd. De belangengemeenschap is wel degelijk aan te merken als belanghebbende en de gemeente moet de vereniging toelaten tot de bezwaarprocedure. Een mooie overwinning voor de belangenvereniging. En zij kan zich voortaan ook bemoeien met andere zaken binnen De Steeg en Havikerwaard zonder daarbij te worden dwarsgezeten door de gemeente.

Gefeliciteerd Stegenezen!
De gemeente kan jullie voortaan niet meer negeren.


Let erop dat voortaan de naam van voorzitter Frans van Elk correct wordt gespeld.

Bijgaan de volledige uitspraak van de Raad van State.

ZAAKNUMMER 201005997/1/H1 en 201005997/2/H1
DATUM VAN UITSPRAAK dinsdag 3 augustus 2010
TEGEN het college van burgemeester en wethouders van Rheden
PROCEDURESOORT Voorlopige voorziening / hoofdzaak
RECHTSGEBIED Kamer 3 - Hoger Beroep - Bouwzaken

201005997/1/H1 en 201005997/2/H1.
Datum uitspraak: 3 augustus 2010

AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) en, met toepassing van artikel 8:86 van die wet, op het hoger beroep van:

Belangengemeenschap De Steeg en Havikerwaard (hierna: de Belangengemeenschap), gevestigd te De Steeg, gemeente Rheden,
appellante,

tegen de uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank Arnhem (hierna: de voorzieningenrechter) van 31 mei 2010 in zaken nrs. 09/2425 en 10/1359 in het geding tussen:

de Belangengemeenschap
en
het college van burgemeester en wethouders van Rheden (hierna: het college).

1. Procesverloop
Bij besluit van 18 november 2008 heeft het college aan [vergunninghoudster] bouwvergunning eerste fase verleend voor het oprichten van een kantoor met dienstwoningen op het perceel [locatie] te [plaats].

Bij besluit van 21 april 2009 heeft het college het door de Belangengemeenschap daartegen gemaakte bezwaar niet-ontvankelijk verklaard.

Bij uitspraak van 31 mei 2010, verzonden op 3 juni 2010, heeft de voorzieningenrechter, voor zover van belang, het door de Belangengemeenschap daartegen ingestelde beroep ongegrond verklaard.

Tegen deze uitspraak heeft de Belangengemeenschap bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 22 juni 2010, hoger beroep ingesteld.
Bij deze brief heeft de Belangengemeenschap de voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.

[vergunninghoudster] en het college hebben nadere stukken ingediend.

De voorzitter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 8 juli 2010, waar de Belangengemeenschap, vertegenwoordigd door F.T.L. van Erk, en het college, vertegenwoordigd door J. de Geeter van Ommeren, werkzaam bij de gemeente, zijn verschenen. Voorts is daar [vergunninghoudster], bijgestaan door mr. E.H.M. Harbers, advocaat te Arnhem, gehoord.

2. Overwegingen
2.1. In dit geval kan nader onderzoek redelijkerwijs niet bijdragen aan de beoordeling van de zaak en bestaat ook overigens geen beletsel om met toepassing van artikel 8:86, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) onmiddellijk uitspraak te doen in de hoofdzaak.

2.2. De Belangengemeenschap bestrijdt het oordeel van de voorzieningenrechter dat het college haar bezwaar terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard. Zij voert daartoe aan dat de voorzieningenrechter heeft miskend dat haar doelstelling, gelet op haar statuten, voldoende specifiek is om als belanghebbende te worden aangemerkt.

2.2.1. Ingevolge artikel 8:1, eerste lid, gelezen in verbinding met artikel 7:1, eerste lid, van de Awb kan uitsluitend een belanghebbende tegen een besluit bezwaar maken.

Ingevolge artikel 1:2, eerste lid, wordt onder belanghebbende verstaan: degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken.

Ingevolge het derde lid worden ten aanzien van rechtspersonen als hun belangen mede beschouwd de algemene en collectieve belangen die zij krachtens hun doelstellingen en blijkens hun feitelijke werkzaamheden in het bijzonder behartigen.

2.2.2. Volgens artikel 1, tweede lid, van de statuten omvat het werkgebied van de vereniging het gedeelte van de gemeente Rheden, bestaande uit De Steeg en Havikerwaard.

Volgens artikel 3, eerste lid, van de statuten is het doel der vereniging:

a. de behartiging van de algemene belangen van het werkgebied;

b. de behartiging van belangen van bewoners van het werkgebied, voor zover deze verband houden met het algemeen belang, als bedoeld in sub a.

Volgens het tweede lid tracht de vereniging dit doel langs wettige weg te bereiken en wel door:

a. het houden van vergaderingen en bijeenkomsten;

b. het onderhouden van contacten met bevoegde instanties;

c. stimulerend adviserend en coördinerend op te treden;

d. alle andere daartoe gepaste middelen, waaronder met name onderzoek door ledencommissies en deskundigen.

2.2.3. Voor de vraag of een rechtspersoon belanghebbende is als bedoeld in artikel 1:2, eerste en derde lid, van de Awb, is bepalend of de rechtspersoon krachtens zijn statutaire doelstelling en blijkens zijn feitelijke werkzaamheden een rechtstreeks bij het bestreden besluit betrokken algemeen of collectief belang in het bijzonder behartigt.

Anders dan de voorzieningenrechter heeft overwogen, is het statutaire doel van de Belangengemeenschap niet te algemeen geformuleerd. Weliswaar is deze doelstelling functioneel veelomvattend, maar geografisch is zij beperkt tot De Steeg en Havikerwaard.

Volgens de folder "Thuis voelen in je eigen dorp" bestaan de werkzaamheden van de Belangengemeenschap uit het ontwikkelen en onderhouden van een visie, in dit geval een dorpsplan, het initiëren en begeleiden van onderzoek waar het gaat om de kwaliteit van de leefomgeving binnen het werkgebied, het opstellen van een activiteitenjaarplan, het ondersteunen, faciliteren en zo nodig initiëren van dorpsfestiviteiten, het bevorderen van actieve deelname aan activiteiten van de dorpsbewoners, het adviseren van individuen, groepen, instellingen en instanties inzake problemen gerelateerd aan het werkgebied of dorpsaangelegenheden met gebruikmaking van de mening en expertise van de bewoners, het vertegenwoordigen van de dorpsgemeenschap, het voeren van overleg en onderhouden van contacten met instanties inzake dorpsbelangen, deelnemen aan inspraakprocedures, het informeren van de dorpsbewoners via het uitgeven van het periodiek Tussen Boom en Stroom, het in stand houden van de website, het verzorgen van nieuwsbrieven en het beleggen van informatiebijeenkomsten en werken aan de bekendheid van de Belangengemeenschap. Het gaat hierbij ook om werkzaamheden die los staan van juridische procedures. Dat de feitelijke werkzaamheden eerst na het besluit op bezwaar hebben plaatsgevonden, heeft het college niet aannemelijk gemaakt, nu de Belangengemeenschap voormelde folder vóór het nemen van het besluit op bezwaar heeft overgelegd. In de Dorpsvisie De Steeg 2008 is voorts vermeld dat in de ledenvergadering van januari 2008 van de Belangengemeenschap een dorpswerkgroep werd samengesteld ten behoeve van deze visie.

2.2.4. Gelet op het vorenoverwogene, is het belang van de Belangengemeenschap rechtstreeks bij het besluit van 18 november 2008 betrokken. De voorzieningenrechter heeft derhalve ten onrechte niet onderkend dat de Belangengemeenschap belanghebbende is in de zin van artikel 1:2, eerste en derde lid, van de Awb.

2.3. Het hoger beroep is gegrond. De aangevallen uitspraak dient te worden vernietigd. Doende hetgeen de voorzieningenrechter zou behoren te doen, zal de voorzitter het beroep tegen het besluit van 21 april 2009 van het college alsnog gegrond verklaren. Dat besluit komt wegens strijd met artikel 1:2, eerste en derde lid, van de Awb voor vernietiging in aanmerking.

2.4. Gelet hierop bestaat aanleiding het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening af te wijzen.

2.5. Van proceskosten die voor vergoeding in aanmerking komen, is niet gebleken.

3. Beslissing
De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Recht doende in naam der Koningin:

I. verklaart het hoger beroep gegrond;

II. vernietigt de uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank Arnhem van 31 mei 2010 in zaak nr. 09/2425;

III. verklaart het bij de rechtbank ingestelde beroep gegrond;

IV. vernietigt het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Rheden van 21 april 2009, kenmerk BM13940-I09.00003;

V. wijst het verzoek af.

Aldus vastgesteld door mr. P.B.M.J. van der Beek-Gillessen, als voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. M.W.J. Sloots, ambtenaar van Staat.
w.g. Van der Beek-Gillessen w.g. Sloots
voorzitter ambtenaar van Staat
Uitgesproken in het openbaar op 3 augustus 2010

woensdag 4 augustus 2010

Noodpakket

De overheid is druk met de campagne “Denk Vooruit”. We moeten ons voorbereiden op noodsituaties. De campagne zet blijkbaar weinig zoden aan de dijk want het is nu al de derde of vierde keer dat ik dergelijke Postbus 51- spotjes voorbij zien komen. We moeten echte overlevingsexperts worden. Een ramp is zo gebeurd: wees voorbereid! U kunt ieder moment voor langere tijd zonder stroom, water of gas komen te zitten. Om de eerste dagen daarna door te komen moeten we een noodpakket aanschaffen.

Even een zijsprong. Is dit nu een van de gevolgen van de liberalisering en het vermarkten van nutsbedrijven? Zorgt de op winst gerichte bedrijfsvoering van openbaar vervoerbedrijven, stroom- water- en energieleveranciers en het hele bedrijvennetwerk daaromheen voor extra grote risico’s voor de burgers? Neem nou de stroomvoorziening. Ringleidingen in het elektriciteitsnetwerk zorgen ervoor dat stroom via verschillende routes kan worden aangevoerd. De aanleg van dergelijke omleidingen kost echter veel geld. Geld dat de winstgevendheid van de betrokken bedrijven aantast. Ik weet niet op welke gronden wordt beslist om al dan niet in een ringstructuur te investeren. Wat, denkt u, geeft de doorslag? Het risico voor de burger of het financiële risico voor het bedrijf?

Terug naar de campagne. Er is niks nieuws aan. Oudere lezers zullen zich nog wel vroegere acties herinneren. De inmiddels verdwenen roemruchte Bescherming Bevolking speelde daarin een belangrijke rol. Begin zestiger jaren werd op ieder huisadres een enveloppe met instructies van deze BB bezorgd: “Wenken voor de bescherming van uw gezin en uzelf” Zo moesten we wegduiken onder een kast, tafel of keldertrap als we een kernexplosie waarnamen. Die was te herkennen aan een felle flits. Het noodpakket is sindsdien nauwelijks veranderd. Toen moest je zorgen voor koud voedsel, drinkwater, noodprivaat, zaklantaarn, kaarsen, zeep, beddengoed en verbandspullen waaronder driekante doeken van 130 x 90 x 90cm (het mochten ook handdoeken of luiers zijn) en grote veiligheidsspelden. En je werd gemaand binnen te blijven en de radio aan te zetten. Sindsdien is er niet zo heel veel veranderd. In het moderne noodpakket is een plaatsje ingeruimd voor waterbestendige lucifers. Dat is natuurlijk voor die kaarsen. En een opwindbare radio wordt aanbevolen. Het noodprivaat is van de lijst verdwenen. Is zeker te groot voor het nieuwe pakket. Zeep zie ik ook niet terug. Lijkt me niet geheel overbodig. Vooral als er nog wél stromend water is.

Er is een compleet rampenbestrijdingscomplex van de grond getild. Wetenschappers, politici en overheidsdienaren mogen zich uitleven in onderzoeken, congressen en vergaderingen, de media kunnen profiteren van reclame-uitingen en aan ondernemers is ook gedacht. Je kunt kant-en-klare noodpakketten kopen. In verschillende uitvoeringen, van eenvoudig tot luxe, van goedkoop tot duur, met opwindbare radio’s in diverse modellen.

Helaas, met de klandizie van burgers wil het maar niet vlotten. Ondanks de miljoenen die aan de campagne zijn uitgegeven. Leveranciers hebben slechts enkele tienduizenden pakketten kunnen slijten. Voornamelijk aan overheidsinstellingen en publieke organisaties. Burger Theo krabt zich eens achter de oren en denkt er het zijne van.

Op naar de volgende campagne!

woensdag 28 juli 2010

Revisie (2)

Ha, een lezer die via een stukje in het Streekjournaal op mijn column reageert. De heer (of mevrouw) A.B. Quartel uit Doesburg antwoordt op mijn column Revisie van 7 juli. Daarin beklaag ik me erover dat de politiek met mijn stem aan de haal gaat. Dat is volgens Quartel wellicht de schuld van de kiezer zelf. We lijden allemaal teveel aan partijmatig gericht denken en hij (excuses als het mevrouw Quartel betreft) ziet een oplossing in minder partijen.

Hij vraagt zich af of ik weet hoe dit te verwezenlijken is. Nou, dat kan op een redelijk eenvoudige manier hoor. Je voert gewoon een districtenstelsel in of een kiesdrempel. Maar daar ben ik nu juist geen voorstander van. Dan leg je onevenredig veel macht in handen van slechts enkele partijen. Grote groepen kiezers komen dan buitenspel te staan. In een land als Groot-Brittannië willen de meeste kiezers juist van dat districtenstelsel af. Nederland heeft er in 1917 al afscheid van genomen. Ik vind het prima als het aantal partijen afneemt maar die moeten dan wel op een eerlijke manier ontstaan. Te kiezen via evenredige vertegenwoordiging, de meest eerlijke projectie van de wil van de bevolking. Laten we de democratische klok alsjeblieft niet 100 jaar terugzetten.

Wat let de politiek trouwens om zelf grotere partijen te vormen? Dat zou geen nieuws onder de zon zijn. Het CDA en GroenLinks zijn ook voortgekomen uit fusies. Ik wil voor zo’n fusie echter geen verzekeringspolis in de vorm van een districtenstelsel uitschrijven. Laat de kiezer maar rechtstreeks bepalen hoe groot of hoe klein een partij mag worden.

Een van de argumenten voor het beperken van het aantal partijen is dat ons land onregeerbaar dreigt te worden. Geen enkele partij heeft echt de overhand. Maar ik zoek de oplossing niet in minder partijen maar juist aan de andere kant, in meer invloed voor de kiezer. Ik heb daarvoor een aantal mogelijkheden aangedragen. Helaas vinden dergelijke ideeën weinig weerklank. Zelfs partijen die voor dat doel, meer macht voor de kiezer, zijn opgericht dreigen het hoofd in de schoot te leggen.

Overigens, is een “regeerloze” periode wel zo rampzalig? Niet te lang natuurlijk maar een paar maanden regeerstilte kan geen kwaad. Misschien wel goed dat er pas op de plaats wordt gemaakt. Worden we allemaal rustiger van. Ook politici. Een paar maanden ligt de regeltjesfabriek plat. Goed voor het onderwijs en de zorg. Dan kunnen die ook even op adem komen.

En als het niet lukt om een nieuwe regering te vormen dan moeten we maar opnieuw naar de stembus. Ik ben geen staatsrechtgeleerde of politicoloog dus ik weet niet of dat in de huidige situatie mogelijk is maar van mij mag ‘t. Het zou de dames en heren politici wel opnieuw erg zenuwachtig maken. Da’s waar.

Ik krijg wel meer reacties. Stel ik zeer op prijs. Maar via een ingezonden stukje vind ik het allermooist. Goed voor de publieke discussie die alle lezers dan kunnen volgen. Ik dank lezer Quartel dan ook zeer voor de moeite.

woensdag 21 juli 2010

Zonnekoningen

Ik heb al eerder betoogd dat we van de provincie af moeten. De Gelderse magistraten in het Arnhemse provinciehuis werken daar vol overgave aan mee. We worden regelmatig vergast op de capriolen van deze bestuurders.

In 2001 dreigde Vitesse haar voetballicentie te verliezen. Enkele provinciale bestuurders deden daarop financiële toezeggingen aan Vitesse en de Vrienden van Vitesse over sanering van de schuldenlast en de huur van het stadion. Daarop staken de Vrienden zestien miljoen euro in de voetbalclub waarop de licentie alsnog werd verstrekt en een faillissement werd voorkomen. Maar die toezeggingen zijn nooit nagekomen. Voorstellen daartoe hebben Provinciale Staten nooit bereikt omdat het politieke draagvlak in de Staten bleek ontbrak. Vervolgens probeerden de bestuurders onder de afspraken uit te komen. De Hoge Raad gaf hen vorige maand echter een flinke draai om de oren en bevestigde een uitspraak van het Arnhemse gerechtshof. Vitesse en de Vrienden mochten ervan uitgaan dat de toezeggingen hard waren en de provincie moet nu alsnog over de brug komen. Dat gaat tussen de 20 en 30 miljoen euro kosten. Goed zo! Het gaat om de betrouwbaarheid van de overheid en bestuurders.

Je zou bovenstaande kwestie kunnen afdoen als een bedrijfsongeval, een verkeerde inschatting van de politieke realiteit. Maar het is structureel. Het gemarchandeer en gemanipuleer gaat gewoon door. Gedeputeerde Harry Keereweer twitterde vorige week “Morgen interview met journalist Gelderlander. Schrijft artikel over hoe cultureel erfgoed Biljoen voor gelderse gemeenschap werd behouden”. Hij wist toen nog niet wat er in dat artikel van journalist Rob Berends zou komen te staan. Het verscheen in de weekendbijlage van de Gelderlander en toont een onthutsend beeld van de gang van zaken rond de aankoop van het landgoed. Opnieuw stijgt de geur van misleiding op. Het Gelders Landschap hoestte elf miljoen euro voor het landgoed op, twee keer zoveel als het hoogste particuliere bod. Dat kon ze alleen doen dankzij acht miljoen euro provinciale subsidie, overheidsgeld dus. Op zich al een zaak waarbij veel en grote vraagtekens bij geplaatst kunnen worden. Maar er is meer. Naar nu blijkt wil de provincie de landbouwgrond op het landgoed omvormen naar natuur. Dat is tegen de wens van erflater Lüps in. Als dat ten tijde van de verkoop bekend was geweest dan had het Gelders Landschap nooit de hand op Biljoen kunnen leggen. De executeur-testamentair beschuldigt de stichting er nu van dat zij het landgoed onder valse voorwendselen heeft gekocht. Processen liggen in het verschiet. Ik hoop dat de koop wordt teruggedraaid en particuliere potentiële kopers en Biljoen-boeren niet langer de voet wordt dwarsgezet door de provincie.

We hebben in Rheden inmiddels een rijke ervaring met de machinaties en het geklooi van Gelderse bestuurders opgebouwd. Het wordt hoog tijd dat de Gelderse zonnekoningen stevig op hun politieke donder krijgen en dat hen ingepeperd wordt dat de provincie er voor de burgers is en niet andersom. Nog liever heb ik dat de provinciale bestuurslaag verdwijnt. En daar verandert de 60.000 euro die Rheden voor het verhogen van de uitkijktoren op de Emmapyramide krijgt niks aan.

zondag 18 juli 2010

Velp - vrijdagavond

De ondsergaande zon kleurt de hemel boven Velp (vrijdagavond 16 juli 2010)

Klik op de afbeelding om te vergroten



zaterdag 17 juli 2010

Park Rosendael - Na de storm

'n Paar foto's van de schade die de storm van 14 juli op park Rosendael aanrichtte.

Klik op 'n afbeelding om te vergroten.










woensdag 14 juli 2010

Oorlog

Het is onderzocht en bewezen: ook apen voeren oorlog. In de strijd worden de mannetjes van de verliezende stam afgemaakt en de jongen opgevreten. De vrouwtjes worden als oorlogsbuit meegevoerd. De mens is dus niet het enige zoogdier dat zijn soortgenoten afslacht. Het zit in onze genen, we kunnen niet anders. Bij apen gaat het om een groter territorium waardoor de kans op voldoende voedsel toeneemt. Voedsel en water heeft de mens ook nodig maar het gaat om meer. Het gaat om comfort, om levensstandaard, om aanzien, om macht!

Oorlogen zijn er sinds het begin van de mensheid. De oorlogen en de strijd die wij vrijwel dagelijks op de voorpagina’s aantreffen wortelen soms in duizenden jaren geschiedenis. Terug te voeren op de luimen van farao’s, Romeinse keizers, middeleeuwse koningen, pausen en charismatische leiders van allerlei pluimage. Hun gedrag en hun beslissingen bepalen nog steeds de loop van de menselijke geschiedenis. Hoe zou onze wereld eruit zien als het Joodse volk niet uit Egypte was verdreven of als Jeruzalem niet door de Romeinen was verwoest? Zouden we dan geen Christendom, geen Islam, geen Tweede Wereldoorlog hebben gehad? Zouden we dan met Ra, Jupiter of veelarmige hindoe-goden zitten opgescheept? Het heeft niet veel zin om daarover te speculeren, we kunnen de geschiedenis toch niet veranderen. Intrigerend is het wel.

Strijd om macht en eer speelt zich af op elke denkbare schaal. Iedere groep, groot of klein, verdedigt zijn territorium en probeert die, als het even kan, verder uit te breiden. Het gaat erom wie op de top van de apenrots mag zitten. En als we dat niet bereiken dan proberen we er in ieder geval dicht bij te komen. Onze taal heeft zich daar ook op aangepast. We hebben niet voor niets de vergrotende en overtreffende trap. Het gaat om goed, beter, best.

Op dit moment zijn 16 miljoen Nederlanders in de ban van de strijd om de voetbalmacht. Ik ook. En dat veroorzaakt stress. De uitschakeling van Duitsland door Spanje nam al wat van die spanning weg. We kunnen weliswaar geen wraak meer nemen voor 1974 maar een eventuele nederlaag zou een nieuw nationaal voetbaltrauma veroorzaken. En we staan in ieder geval een treetje hoger op de voetballadder. Verliezen van de Spanjaarden is erg maar niet zo erg als verliezen van Duitsland. En de Tachtigjarige Oorlog ligt alweer vier eeuwen achter ons. Trouwens, die hebben we onder aanvoering van Oranje toch maar mooi gewonnen en de Zeven Provinciën ontplooiden zich in die periode tot wereldmacht.

Ik schrijf dit stukje op zondagmorgen. Vanavond de finale. De spanningsmeter loopt alweer op. Een zekere octopus Paul, achtarmige mosselwichelaar in Duitse dienst, voorspelt winst voor Spanje. Laat ‘m zijn snavel houden. Gelukkig kozen zowel Gelderse ganzen als mijn honden voor Oranje. En die hebben toch echt meer verstand van voetbal dan die inktkoelie.

De Spaanse armada strandt in Johannesburg. De Twaalf Provinciën winnen deze oorlog. Oranje grijpt opnieuw de macht. Het zit immers in onze genen.

Kom op Dirk, pof ‘m d’r in! Goooooooooooal!

dinsdag 13 juli 2010

Vertrouwen gevraagd voor de Traverse

Door: Adriaan Dolk

Op de info-avond van de Provincie op 17 juni over de Traverse vroeg gedeputeerde Van Haaren (CDA) vertrouwen van de inwoners van Dieren dat het project deskundig zou worden geleid. En dat leiden zou zij dan doen. Wij kennen haar nog van het project Hart van Dieren; het Lysias rapport liet geen spaan heel van de stuurgroep waar zij leiding aan gaf. Maar zij - de provincie - herkende zich niet in de conclusies van dit rapport dus dat was weer een probleempje minder. Een nuttig leermomentje voor mevrouw Van Haaren dat de burger alles bij elkaar zo’n slordige 20 miljoen euro heeft gekost.

Opgeruimd herhaalde de gedeputeerde haar mantra dat het budget maatgevend is voor het project; daar viel in ieder geval niet aan te tornen. Wethouder König (D66) van de gemeente Rheden schaarde zich met vertederende onschuld achter haar woorden en prees wat ongemakkelijk de hechte samenwerking van provincie en gemeente tijdens de voorbereiding van het project. Een nieuwe veelbelovende start om de verkeerssituatie in Dieren te verbeteren ligt voor ons. De gedachte aan een mannetjesspin die wordt opgevreten door zijn vrouwtje na de paringsdaad lag toen wel erg voor de hand.

Hoe ik over dat budget denk heeft u al eerder kunnen lezen. (Goed Rentmeesterschap) In mijn ogen is het een complete afgang van de provinciale bestuurders als zij een moeizaam compromis - met de inwoners van Dieren bereikt na vele jaren van spanningen tussen burgerij en lokale politiek - weer om zeep helpen voor een paar luttele miljoenen. Voor uw goede begrip van het woord luttel: de provincie heeft op z’n minst 4000 miljoen euro gemeenschapsgeld op de bank staan, onderhevig aan een op termijn onherroepelijke waardedaling.

Zoals te verwachten kwam die avond de Milieu Effect Rapportage (MER) aan de orde die voor het project Traverse zal worden gemaakt. Zo’n MER rapporteert de milieueffecten van de Traverse op de omgeving van het project en die omgeving dient daarom nadrukkelijk in het onderzoek te worden betrokken. Een verkeerscirculatieplan (VCP) voor Dieren in overeenstemming met het uit te voeren alternatief van de Traverse is dan ook noodzakelijk voor een betrouwbaar onderzoek.

Maar onze nieuwe wethouder reageerde nogal afwijzend op zo’n VCP en zegde niets toe. De gedeputeerde vond dat de omgeving van de Traverse buiten het plangebied ligt van de provincie en dus niet op het bordje van de provincie thuishoort. Deze standpunten zijn hard aan revisie toe als je de Traverse inderdaad naar behoren wilt aanpakken. Beter geen project dan een halfbakken project.

Enfin, een herkansing voor de gedeputeerde Van Haaren en een schone taak voor onze nieuwe wethouder König om het samen eens anders te gaan doen dan de inwoners van Dieren gewend zijn. Vertrouwen moet je tenslotte eerst verdienen.

Adriaan Dolk, Dieren

woensdag 7 juli 2010

Revisie

Zodra er bestuurszetels vrijkomen raken politici verblind. Het pluche scheurt politieke overtuigingen aan flarden. Het gaat dan om de baantjes en de status die een ambt als wethouder, gedeputeerde, staatssecretaris of minister geeft. Een politieke overtuiging is aardig maar een politieke carrière is veel mooier. Jammer genoeg is de politiek vergeven van zulke figuren. Mensen die vooral een carrière op het netvlies hebben. Voor wie het gaat om persoonlijke ambitie waarbij de politieke boodschap slechts verpakking is. In Den Haag dreigt opnieuw zo’n scenario. Politici die elkaar vóór de verkiezingen bijkans afmaakten kruipen weer gezellig bij elkaar voor een stoelendans om de macht. En achter hen staan de kandidaten die het bij de verkiezingen niet gered hebben te trappelen om de vrijkomende Kamerzetels te bezetten.

Misschien oordeel ik te hard. Er zijn best mensen wier ambitie gedreven wordt door politieke overtuiging en het publieke belang. En in het bedrijfsleven speelt persoonlijke ambitie ook een grote rol. Daar wordt het juist gestimuleerd. Maar als die ambitie niet meer met het bedrijfsbelang spoort of als er grove fouten worden gemaakt dan is het snel afgelopen met de carrière. In de politiek gelden andere wetten. Op een enkele uitzondering na blijven politici gewoon zitten tot de volgende verkiezingen.

De politiek gaat opnieuw met mijn stem aan de haal en gebruikt die op een manier die ik niet wil. Ik drijf steeds verder weg van de politieke haantjes en hennetjes. Waarschijnlijk gaat mijn stem de volgende keer daarom óók naar een protestpartij. Ik zeg óók omdat velen net als ik langzamerhand doodmoe worden van die coalitie-spelletjes. De kiezer heeft niets meer te vertellen en kijkt knarsetandend toe hoe de handel in gebroken beloften verloopt.

Ons democratisch systeem is toe aan een opknapbeurt. De kiezer moet meer invloed krijgen. Anders loopt het systeem vast. Dat besef dringt echter nauwelijks door en ik zie voorlopig alleen maar tegengestelde bewegingen. D66, juist opgericht om verkalking van het systeem tegen te gaan, krabbelt terug en heeft de strijd voor referenda en gekozen ambtsdragers op een laag pitje gezet. Er zijn ook mensen die de politiek overzichtelijker willen maken door invoering van een districtenstelsel naar Brits model. Maar zo’n systeem geeft geen eerlijke afspiegeling van de wil van de bevolking. De meeste Britten willen er trouwens maar wat graag van af.

Er zijn mogelijkheden genoeg voor een democratische oppepper. Het referendum en de gekozen ambtsdrager zouden al stappen in de goede richting zijn. Of we gaan iedere twee jaar de helft van de kamer, staten of raad vervangen. Dat houdt partijen beter bij de standpunten waarmee zij ons vóór de verkiezingen naar zich toe gelokt hebben. Je zou ook kunnen kijken naar een kiessysteem waarin meer stemmen worden uitgebracht. Bijvoorbeeld een tweede stem die de voorkeur voor coalitievorming met een andere partij aangeeft. En het Duitse systeem, een mix van districtenstelsel en evenredige vertegenwoordiging, heeft ook aantrekkelijke kanten.

Dat er iets moet gebeuren staat voor mij vast. Maar ik heb er een hard hoofd in. Men lijdt het meest door het lijden dat men vreest. Dat geldt voor de meesten van ons. Ook voor politici.

woensdag 30 juni 2010

Goed rentmeesterschap (2)

Door: Adriaan Dolk

“We gaan behoedzaam om met ons geld.” Gedeputeerde Peters (CDA) van de provincie Gelderland kan het niet genoeg herhalen; we gaan ons geld niet oppotten en ook niet verjubelen. In de Volkskrant van 22 juni legt hij het nog eens een keer uit. Eenzelfde bericht staat op de website van de provincie onder zijn naam en ook in de Gelderlander van 27 mei konden wij zijn boodschap lezen.

Wat zegt hij eigenlijk?

Weliswaar heeft de provincie volgens Peters miljarden belastinggeld op de bank staan, maar dat betekent niet dat de provincie niet moet bezuinigen. De werkelijkheid is volgens Peters veel genuanceerder en haalt ook de term ‘oppotten’ onderuit.

Peters onderscheidt twee lopende discussies die naar zijn mening met elkaar worden verward. Ten eerste een landelijke discussie over het nut van provincies en ten tweede een discussie over het vermogen van de provincie Gelderland.

Driekwart van zijn verhaal reserveert hij voor de eerste discussie en hij legt uit dat Rijk en gemeenten van mening zijn dat de provincie zich dient te beperken tot de taken die wettelijk aan de provincie zijn toegewezen. Als de provincie dat voortaan doet (en daar heeft de provincie zich inmiddels bij neergelegd) kan de provincie Gelderland toe met 58 miljoen euro per jaar minder uit Den Haag. Helemaal geen discussie over het nut van een provincie; het Rijk stelt gewoon orde op zaken en zegt: jullie bemoeien je met allerlei onderwerpen waar je niets mee te maken hebt en die ons nog geld kosten ook.

Peters zegt daar over: “de afgelopen jaren is de provincie ingesprongen wanneer gemeenten het zelf niet voor elkaar kregen” en verwijst vervolgens naar het daklozenproject van de provincie.

In het boekje “Het opgeblazen bestuur, een kritische kijk op de provincie” van Klaartje Peters (Boom 2007) – geen familie neem ik aan - geeft de auteur een volkomen andere lezing. In deze publicatie wordt uiteengezet dat lijsttrekker Esmeijer - ook CDA - in 2003 campagne voerde met de slagzin: “Over vier jaar geen dak- en thuislozen meer in Gelderland”. Esmeijer gaat enthousiast aan de slag vanaf het moment dat hij als gedeputeerde wordt geïnstalleerd. Drie jaar later wordt in een tussenrapportage geconstateerd dat het aantal daklozen in de steden toeneemt terwijl de provincie doorgaat 950.000 euro te besteden in allerlei daklozenprojecten.

Dus niks inspringen als de gemeenten het zelf niet voor elkaar krijgen, zoals gedeputeerde Peters ons zo graag doet geloven maar met de geldbuidel rammelen en zo proberen meer invloed te verwerven.

Het onderzoeksbureau Radar schetst in die dagen in opdracht van de minister van BZK een beeld dat een ‘steeds actievere provincie’ een ‘sterkere rol’ voor zichzelf ziet in het sociale domein.

We gaan behoedzaam om met ons geld? Ging de provincie met de heer Peters aan het financiële roer behoedzaam om met “ons geld” ? De fractievoorzitter van het CDA (alweer) in Provinciale Staten dacht er in 2008 anders over. “Geld gaat op aan papier en salarissen” zegt hij in een CDA nieuwsbrief, 2 miljoen euro voor het tegengaan van verrommeling en 1 miljoen euro voor integratie. En dit is geen incident; wel dikke rapporten maar geen resultaten.

Ook de recente berichtgeving over de claim van 30 miljoen euro bij de provincie door ‘de vrienden van Vitesse’ voegt niet bepaald iets toe aan het beeld van zorgvuldig bestuur dat Peters met zijn artikel probeert te vestigen.

De tweede discussie die Peters noemt gaat dan over de grootte van het vermogen van de provincie. Hij spreekt over het: ‘relatief grote vermogen’ van de provincie. Let wel, we hebben het over totaal zo’n 9 miljard euro gemeenschapsgeld. Uiteindelijk is natuurlijk alles relatief, maar je moet maar durven bij zo’n bedrag.

Peters wil het rendement op dit vermogen gebruiken voor investeringen, maar het vermogen zelf in stand houden door het op een bank te laten staan. Ik heb een vorige maal al uiteengezet waarom ik dit een onzalige en onbegrijpelijke gedachte vind.
Goed rentmeesterschap, 9 juni 2010)

Als het vermogen wordt ingezet om de kerntaken van de provincie uit te voeren is er wat mij betreft geen sprake van verjubelen, maar als het op de bank blijft staan, zoals de heer Peters bepleit, blijf ik de voorkeur geven aan de term oppotten. En geld op een bank laten staan is in de huidige tijd een uiterst hachelijke aangelegenheid, zeker als het gaat over gemeenschapsgeld.

Met zijn verhaal over behoedzaam omgaan met “ons geld” tracht de heer Peters de burger zand in de ogen te strooien. Twee discussies die met elkaar verward zouden zijn en daardoor zou alles veel genuanceerder liggen. Een discussie over het nut van de provincie komt in zijn artikel niet aan de orde. In zijn ijver uit te leggen waarom de provincie zich met zaken bemoeit waar deze niet verantwoordelijk voor is laat hij zich daarentegen kennen als een bestuurder die niet aarzelt de feiten geweld aan te doen en hij rekent daarbij op het korte termijngeheugen van zijn kiezers.

Niet alleen zijn rentmeesterschap is kwestieus; ook de rentmeester zelf roept inmiddels vraagtekens op.

Adriaan Dolk , Dieren

Naoberschap

Arnhem worstelt met het Nationaal Historisch Museum. Of beter gezegd, Arnhem helpt de tegenstanders die het niet zien zitten dat het Nationaal Historisch Museum in Arnhem wordt gevestigd. Eerder haalden de Ernemmers het plan al bijna onderuit door een voorstel om het museum in het centrum van de stad te vestigen en niet bij het Openluchtmuseum. Dat laatste was juist een belangrijk argument om het museum aan Arnhem te gunnen. Nu staat het museum weer op de tocht omdat volgens een rapport een ondergrondse parkeervoorziening 60 miljoen euro gaat kosten. De rivalen van Arnhem zien hun kans schoon om opnieuw in de aanval te gaan. Zij kunnen rekenen op aanzienlijke steun in de Tweede Kamer. Nu krijgt Arnhem een laatste kans. Binnen enkele maanden moet de tweemans-directie van het museum in oprichting aantonen dat een NHM, een Nationaal Historisch Museum, naast het Openluchtmuseum financieel haalbaar is.

De rijksoverheid heeft 50 miljoen euro voor het museum uitgetrokken. De meerkosten moeten ergens anders vandaan komen. Ik geef Arnhem weinig kans. Het is trouwens de vraag of de directeuren, Erik Schilp en Valentijn Byvanck, zelf wel zulke voorstanders van de geplande locatie bij het Arnhemse Openluchtmuseum zijn. Het lijkt er sterk op dat zij de zaak op z’n beloop laten. Ze zijn in ieder geval niet te betrappen op een stevige voorkeur voor Arnhem. De heren lijken nogal georiënteerd op de Randstad. Als ik de website van het NHM bekijk dan zie ik dat er in Amsterdam tentoonstellingen worden georganiseerd in samenwerking met de Nieuwe Kerk en het Amsterdams Historisch Museum. Arnhem blijft opvallend buiten beeld. Ik denk dat ze het niet zo erg zouden vinden als het museum alsnog in Amsterdam of Den Haag zou verrijzen. Het zou me dan ook niet verbazen als Arnhem gepiepeld wordt.

Moeten onze Arnhemse buren daar nu rouwig om zijn? Het lijkt me niet. Het Stationskwartier, voetbalclub Vitesse en Rijnboog hebben de stad al vele miljoenen gekost. Arnhem kan zich geen nieuw financieel echec veroorloven.

Een raadslid uit Ede stelt voor om het NHM in Ede te vestigen. Waarom zouden wij Rheden dan niet in de strijd werpen? Ik pleit al jaren voor Riviersteen als vestigingsplaats voor het NHM. Het terrein ligt op een prachtige plek in de uiterwaarden aan de IJssel. Kan het nog Hollandser? De infrastructuur is al aanwezig. Riviersteen is uitstekend bereikbaar via de A348 en de afslag ligt er al. Daar kan een prachtig museum worden gebouwd, compleet met uitgebreide parkeervoorzieningen. Dat zal inclusief de aankoop van de grond echt niet meer dan 50 miljoen euro hoeven te kosten. Eindelijk een project dat betaalbaar is en waarvan je niet meteen hoeft te vrezen voor gigantische kostenoverschrijdingen. De Arnhemse bossen blijven gespaard en de verkeersdruk in Arnhem-Noord wordt ontzien. En er zijn creatieve oplossingen mogelijk waarbij de eigenaar van het terrein ook aan zijn trekken komt.

Laten de Stadsregio, de provincie Gelderland, Arnhem en Rheden elkaar de helpende hand toesteken. Dan kunnen ze aantonen dat samenwerking tussen overheden best wel mogelijk is. Nodig alvast eens wat Haagse politici uit voor een kijkje op Riviersteen.

Nee heb je! Ja kun je krijgen!

Naschrift Theo: Zie ook mijn eerdere pleidooien Nationaal Historisch Museum naar Riviersteen (2) van december 2008.
en de eerste posting Nationaal Historisch Museum naar Riviersteen van 3 juni 2007.

Ter oriëntatie: Ligging Riviersteen (rechts) tov Openluchtmuseum (linksboven)

Klik op een van de afbeeldingen om te vergroten



Ligging Riviersteen - tussen IJssel en A348

zaterdag 26 juni 2010

VVD: Besluit Gedeputeerde Staten over N786 lost niets op in de Stedendriehoek

Persbericht van de Statenfractie van de VVD dd 24 juni 2010

Het besluit van het Gelderse College van Gedeputeerde Staten om de beschikbare 500.000 euro toch niet te stoppen in een verkenning rondom de N786, is géén goed nieuws voor onze inwoners en ondernemers. De huidige provinciale weg N786 Dieren-Apeldoorn is een belangrijke weg voor al diegenen die er wonen, werken, ondernemen of recreëren. Niet alleen de leefbaarheid van de aanliggende dorpen staat onder druk, maar deze weg is ook noodzakelijk voor een goede ontlasting van de A50 tussen Apeldoorn en Arnhem.

Schrappen onderzoek leidt tot teleurstelling
De discussie over de N786 Dieren-Apeldoorn loopt al vele tientallen jaren. In het Gelderse coalitieakkoord is opgenomen dat er voor de verkeersproblematiek in de driehoek Arnhem-Zutphen-Apeldoorn een integrale planvorming wordt gestart. Provinciale Staten heeft in haar vergadering van 23 september 2009 met een ruime meerderheid besloten, dat er een verkenning rondom de N786 moet worden opgestart. Nu is deze verkenning in verband met de bezuinigingen plotseling stopgezet.

VVD wil nu onderzoek naar een volwaardige oplossing
De VVD Statenfractie Gelderland blijft streven naar een volwaardige oplossing voor de infrastructurele problemen en hiervoor is zeker een aanvullend onderzoek nodig. Er is draagvlak in de regio en iedereen is het er over eens dat er snel een goede oplossing moet komen. De VVD zal het College van GS, tijdens de Statenvergadering van woensdag 30 juni a.s., dan ook vragen het onderzoek toch uit te voeren zoals eerder is afgesproken. Met 100% steun vanuit de regio en de provincie Gelderland moet het lukken om dit onderzoek weer op te starten zodat daarna eindelijk vervolgstappen kunnen worden gezet.

Niet praten maar doen!
De VVD Statenleden Conny Bieze, Johan Houwers en Anja Prins zijn vandaag op uitnodiging van Transport en Logistiek Nederland, op bezoek geweest bij een transportonderneming die dagelijks de hinder van de N786 ondervindt (zie bijgaande foto’s). Die ervaring heeft ons nogmaals geleerd dat er snel een oplossing moet komen en dat nog langere vertraging zeer ongewenst is. “Niet praten maar doen”, is ons motto voor de N786!

dinsdag 22 juni 2010

Prorail mag zijn eigen vlees keuren

In december 2009 dienden VVD-er Aptroot, gesteund door Roemer (SP), Roefs (PvdA) en Van Gent (GL), een motie in waarin gevraagd werd trillingsnormen op te stellen en wettelijk vast te leggen. Tevens werd gevraagd trillingsmetingen langs de IJssellijn uit te voeren.

Op verzoek van minister Camiel Eurlings werd de motie aangehouden.

Afgelopen maandag heeft Eurlings op de motie gereageerd. Hij wil geen wettelijke normen voor trillingen. De SBR-normen zijn volgens hem voldoende.
Dit jaar (2010) worden wel nieuwe trillingsmetingen door ProRail uitgevoerd.
Een mooi voorbeeld van "De slager keurt zijn eigen vlees."

De brief van Eurlings:
-------
De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Binnenhof 4
2513 AA DEN HAAG

Datum: 21 juni 2010
Onderwerp: Trillingen langs het spoor
--------
Geachte voorzitter,

In deze brief informeer ik u, mede namens de minister van VROM, over trillingen langs het spoor, zoals ik heb toegezegd naar aanleiding van de motie die tijdens het Nota-overleg op 14 december 2009 door de heer Aptroot c.s. werd voorgesteld (Kamerstuk 32.123A, nr 51.

De tekst van de motie luidt als volgt:

De Kamer, gehoord de beraadslaging,

. overwegende, dat met het intensiever gebruik van het spoor er klachten zijn over geluid en trillingen langs het spoor;
. constaterende, dat er geen normen zijn voor trillingen veroorzaakt door treinvervoer;
. spreekt als haar mening uit dat er voor trillingen langs het spoor normen moeten worden opgesteld;
. spreekt als haar mening uit dat een inventarisatie moet worden gemaakt van spoortrajecten waar bebouwing dicht langs het spoor ligt en sprake is van substantiële klachten van omwonenden;
. spreekt voorts als haar mening uit dat voor deze trajecten moet worden gemeten of sprake is van overtreding van geluidsnormen en trillingsnormen;
. verzoekt de regering normen te stellen voor trillingen;
. verzoekt de regering een inventarisatie en metingen te starten in 2010, te beginnen met de IJssellijn;
. verzoekt de regering op basis van de resultaten zo nodig aanpassingsplannen op te stellen als geluid en/of trillingen de normen overschrijden;
. verzoekt de regering voorts de Kamer daarover regelmatig te informeren, onder andere in de stukken behorende tot de begrotingscyclus,
en gaat over tot de orde van de dag.

.

Op mijn verzoek hebben de indieners de motie aangehouden, zodat ik de gelegenheid kreeg om met mijn collega van VROM hierover te overleggen en met een gezamenlijke reactie te komen.

Normering trillinghinder
Er bestaat geen wettelijke normering voor trillingen en trillinghinder, maar dat betekent niet dat er geen normen zijn.
Het doel van het hebben van een "norm" is dat daarmee een ijkpunt beschikbaar is om gemeten of berekende trillingwaarden aan te toetsen; zijn de trillingen hoger dan de ijkwaarde dan is er mogelijk sprake van hinder of schade.
Dergelijke "ijkpunten" voor trillingen zijn beschikbaar: voor het bepalen en beoordelen van trillingen en trillinghinder wordt in Nederland sinds jaar en dag gebruik gemaakt van de richtlijnen inzake trillingen van de Stichting Bouwresearch (1). Deze richtlijnen bestaan uit drie delen, waarvan als het om overlast ten gevolge van trillingen gaat, de delen A en B relevant zijn:
. SBR-deel A: schade aan bouwwerken door trillingen,
. SBR-deel B: hinder voor personen in gebouwen door trillingen,
. SBR-deel C: storing aan apparatuur door trillingen.
De SBR-richtlijnen bevatten richtlijnen voor het meten en beoordelen van hinder als gevolg van trillingen. Voor het beoordelen van de mate van hinder bevatten de SBR-richtlijnen diverse streefwaarden die niet overschreden zouden moeten worden.
De vraag is nu of het ontbreken van een wettelijke normering nadelige gevolgen heeft bij het beoordelen van trillingen en trillinghinder in de dagelijkse praktijk. Omdat het voorstel van de heer Aptroot c.s. zich beperkte tot trillingen veroorzaakt door spoorverkeer, doe ik dat verder in deze brief ook.

(1) Vroeger werd wel de Duitse richtlijn DIN 4150 gehanteerd

Trillingen door spoorverkeer in de praktijk
Als het gaat om nieuwe infrastructuur wordt in het kader van de voorbereiding van het Tracébesluit door ProRail onder andere onderzoek gedaan naar trillingen en de mogelijke hinder daarvan. De berekende trillingen als gevolg van het project worden in de huidige praktijk getoetst aan de eerdergenoemde SBR-streefwaarden, en zo nodig worden, als onderdeel van het Tracébesluit, extra maatregelen getroffen om trillinghinder te beperken.
Tegen een Tracébesluit kan beroep worden ingesteld, zodat een rechter zich een oordeel kan vormen over het aspect trillingen, zowel ten aanzien van het onderzoek als ten aanzien van eventuele maatregelen. Dat is in de afgelopen jaren bij Tracébesluiten over spoorprojecten in meer of mindere mate voorgekomen, waarmee tevens de bruikbaarheid van de SBR-richtlijnen is komen vast te staan.

Waar het gaat om bestaande infrastructuur zal, in gevallen waar klachten daar aanleiding toe geven, de situatie eveneens op basis van de SBR-richtlijnen beoordeeld worden. Ingeval er metingen worden verricht geschiedt dat thans gebruikelijk volgens de methoden die zijn beschreven in de SBR-richtlijnen. De resultaten van metingen worden in de huidige praktijk beoordeeld op basis van de streefwaarden van de SBR-richtlijnen voor schade aan gebouwen en/of voor hinder voor personen.

Conclusies in relatie tot de motie Aptroot
De aangehouden motie Aptroot verzoekt de regering "normen te stellen voor trillingen". Uit de overwegingen van de motie blijkt dat gedoeld wordt op wettelijke normen voor trillingen als gevolg van treinverkeer.

Op basis van het voorgaande zie ik hiervoor geen reden.
In de huidige praktijk werken de streefwaarden uit de SBR-richtlijnen als normerende ijkwaarden. Bovendien zou het introduceren van wettelijke normen voor trillingen leiden tot meer regeldruk en een verdere juridificering van de besluitvorming over infrastructuur, hetgeen slecht past bij de doelen die ik - en de Kamer - nastreven met het programma “Sneller en Beter” (uitwerking voorstellen commissie Elverding).

Op verzoek van de Vaste Kamercommissie Verkeer en Waterstaat (gedaan tijdens het Algemeen Overleg over diverse Spoorzaken op 18 mei 2010) heb ik nog gekeken naar de mogelijkheid om wetgeving op het gebied van trillingen op te nemen in de nieuwe geluidwetgeving (SWUNG), zoals die nu bij de Tweede Kamer ligt. Dit is echter een optie waarvoor ik niet wil kiezen. De huidige richtlijnen zoals opgesteld door de SBR werken - zoals hierboven ook aangegeven - goed. Het opnemen van wettelijke normen voor trillingen in de geluidregelgeving is mogelijk, maar leidt tot extra regeldruk. Door een consequente toepassing van een helder kader als de SBR-richtlijnen kan een even goede bescherming tegen overlast worden verkregen zonder de hier genoemde nadelen.

In de aangehouden motie Aptroot wordt ook verzocht om een inventarisatie en metingen te starten in 2010, te beginnen met de IJssellijn. Daarnaast hebben enkele Twentse gemeenten (Oldenzaal, Hengelo en Borne) klachten over trillingen onderzocht.
Voor de IJssellijn en de spoorlijn Deventer - Almelo is een metingenprogramma voor trillingen vastgelegd in april 2000 door mijn ambtsvoorganger, in het kader van het besluit om geen nieuwe Noord-oostelijke verbinding van de Betuweroute naar Twente aan te leggen (het zogenaamde NaNOV besluit, Kamerstuk 22 589, nr. 157). Ter uitvoering van dat besluit heeft ProRail in 2003 trillingmetingen gedaan langs de IJssellijn en langs de spoorlijn Deventer - Almelo; over de resultaten heeft ProRail toen overleg gevoerd met de betrokken gemeenten en provincies. Volgens het zogenaamde NaNOV-besluit zullen die metingen herhaald worden als en wanneer de samenstelling van het treinverkeer substantieel veranderd is doordat er meer goederentreinen rijden.
Naar aanleiding van de motie Aptroot heb ik ProRail gevraagd om die tweede ronde trillingmetingen naar voren te halen en nog dit jaar uit te voeren, en om aansluitend met de betrokken gemeenten en provincies daarover overleg te voeren.

Hoogachtend,
DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,
ir. Camiel Eurlings

woensdag 16 juni 2010

Vragen GroenLinks en SP over M-FM

GroenLinks en de SP hebben onlangs vragen gesteld over de situatie bij M-FM. Bijgaand de vragen en de antwoorden van B&W. Met dank aan Wim Pieper die zo vriendelijk was de informatie naar me door te sturen.

Beantwoording vragen GroenLinks en SP over M-FM
Net als de fracties van GroenLinks en de SP maakt het College zich zorgen over de situatie bij M-FM. Voor het College is een goed functionerende lokale omroep een belangrijk onderdeel van de communicatie binnen de gemeente. Ook wij hebben moeten constateren, dat M-FM momenteel niet in staat is aan de eisen en verwachtingen tegemoet te komen. Binnen de beperkte mogelijkheden die het College heeft, proberen wij een positieve invloed uit te oefenen, die leidt tot een opnieuw goed functionerende lokale omroep. Dit doen wij overigens in nauwe samenwerking met onze collega’s van Rozendaal. M-FM is ook de lokale omroep voor die gemeente.

Het College beantwoordt de vragen van de fractie van GroenLinks als volgt:

1. Is het College op de hoogte van aard en inhoud van het conflict bij M-FM?

Ja. Zowel met de (voormalige) vrijwilligers als met het bestuur van de Micro Omroep Stichting, waar M-FM onder valt, heeft het College diverse malen contact gehad. De contacten met vrijwilligers waren er al voordat het conflict leidde tot het opstappen van een grote groep vrijwilligers. Daarna is contact gezocht met het bestuur om de ontstane situatie te bespreken.

2. Kunt u ons informeren over de stappen die u, al dan niet informeel, hebt ondernomen om een rol te spelen bij de oplossing van dit conflict?

In eerste instantie heeft het College het conflict beschouwd als een intern conflict tussen bestuur en vrijwilligers. Mede vanwege de wettelijk voorgeschreven onafhankelijke positie van de lokale omroep ten opzichte van de gemeente moet ook zorgvuldig opgetreden worden. De toetsing of de lokale omroep aan de wettelijke eisen uit de mediawet voldoet, wordt uitgevoerd door het Commissariaat voor de media.
Kort geleden ontvingen wij van het Commissariaat het verzoek om de raad een uitspraak te laten doen over de representativiteit van het PBO, het Programmabeleidsbepalende orgaan. Dit is een van de voorwaarden voor M-FM om in aanmerking te komen voor verlenging van de zendmachtiging, die door het Commissariaat voor de Media wordt afgegeven. Dit verzoek bood het College de aanleiding om met het bestuur van de Micro Omroep Stichting in gesprek te gaan, ook over de huidige situatie.
Inmiddels zijn er diverse mondelinge en schriftelijke contacten met het bestuur geweest over de samenstelling van het PBO en de situatie bij M-FM. In die contacten hebben wij onder andere aangegeven bereid te zijn als mediator op te treden. Dit aanbod is door het bestuur niet overgenomen.

3.Bent u met ons van mening dat het conflict binnen M-FM ten koste gaat van de functie die deze organisatie heeft voor inwoners en anderen binnen deze gemeente?

Het antwoord op deze vraag is een volmondig ja.

4.Ziet u een rol weggelegd voor –verdere- bemoeienis op zodanige wijze dat het conflict opgelost wordt en de uitzendingen op een aanvaardbaar kwaliteitsniveau komen?

Zoals al eerder aangegeven hebben wij het aanbod gedaan als mediator tussen bestuur en vrijwilligers te willen optreden. Dat aanbod is door het bestuur niet overgenomen, aangezien zij dit niet meer zinvol achtten. Bemiddeling is alleen zinvol als beide partijen ermee instemmen. Het bestuur van de Micro Omroep Stichting heeft ons aangegeven hard te werken aan een oplossing en het werven van nieuwe vrijwilligers, zodat op zo kort mogelijke termijn de uitzendingen weer op een aanvaardbaar kwaliteitsniveau komen.
De laatste informatie (van 31 mei 2010) die we van het bestuur hebben ontvangen houdt in dat de kabelkrant inmiddels volledig werkt en positieve reacties oplevert. Inmiddels zijn er 6 nieuwe vrijwilligers aangetrokken en is er een samenwerking gestart met 3 omroepen uit de Achterhoek. Bij de website zijn er nog problemen met de provider, maar er wordt gewerkt aan een nieuwe site, die binnen enkele dagen in de lucht moet zijn. Het bestuur geeft aan dat de TV inmiddels op 99% functioneert en er slechts nog enkele details verbeterd moeten worden. De radio functioneert nu op 80% en binnen een paar dagen helemaal. Aldus het bestuur.

5. Welke is de formele rol van de gemeente in deze en kunt u ons inlichten over de termijn waarop de 5 jaarlijkse instemming vanuit de gemeente met deze omroep afloopt? Bent u op dit moment bereid opnieuw een positief advies af te geven aan het Commissariaat van de Media?

Op dit moment is een raadsvoorstel in procedure, waarin de Raad wordt voorgesteld positief te adviseren over de representativiteit van de samenstelling van het PBO. Dit is een formeel besluit, dat los staat van de huidige problemen bij M-FM.
In de tweede helft van dit jaar komt ook de subsidieverstrekking door de gemeente aan M-FM aan de orde. Een deel van de uitkering in het gemeentefonds is hiervoor gereserveerd en kan door de gemeente niet simpelweg aan andere doelen besteed worden. De gemeente fungeert hierbij vooral als ‘doorgeefluik’. Ook de financiële controle werd (steekproefsgewijs) gedaan door het Commissariaat voor de Media. De gemeente had daarin geen rol, wat er mede toe heeft geleid dat in de vorige beschikking geen verplichting is opgenomen tot het jaarlijks verstrekken van het jaarverslag (iets waar de gemeente niets mee kan doen, moeten we ook niet vragen). Vanaf dit jaar is de rol van de gemeente bij het financiële toezicht verruimd. Dit zal verder worden toegelicht bij het voorstel over verlenging van de subsidierelatie later dit jaar. Dan zal ook aangegeven worden hoe het College denkt deze rol in te vullen, inclusief eisen die op financieel gebied aan de Micro Omroep Stichting worden gesteld. Inhoudelijk wil en mag de gemeente zich niet bemoeien met de programmering.
De gemeente heeft daarnaast een overeenkomst gesloten met de Micro Omroep Stichting over het uitzenden van gemeenteraadsvergaderingen. Dit is een zuiver zakelijke overeenkomst tussen gemeente en Micro Omroep Stichting en staat op zich los van de verdere problematiek bij M-FM. De afgelopen tijd is de overeenkomst naar ons weten niet volledig door M-FM nagekomen. Daarover vindt binnenkort een gesprek plaats.

6.Ziet u mogelijkheden de betrokken vrijwilligers op een of andere wijze te waarderen?

Het College waardeert alle vrijwilligers die binnen de gemeente actief zijn. Zonder vrijwilligers kan de huidige kwaliteit van leven, die toch al onder druk staat door de economische omstandigheden, niet gehandhaafd blijven. Het College heeft een vrijwilligersbeleid in voorbereiding, waarin ook aandacht is voor de manier waarop de gemeente haar waardering kan uiten. Dit beleid zal in het vierde kwartaal van dit jaar aan de raad ter besluitvorming worden aangeboeden.
De vrijwilligers hebben er mede toe bijgedragen, dat M-FM geworden is tot wat het voor kort was. Waar mogelijk probeert de gemeente eraan bij te dragen dat dit werk niet voor niets is gebleken.

Het College beantwoordt de vragen van de fractie van de SP als volgt:

1. Is er zicht op of er inderdaad binnenkort weer lokaal en regionaal nieuws zal klinken bij M-FM?

Bij vraag 4 van de fractie van GroenLinks is deze vraag al beantwoord. Voor de duidelijkheid herhalen wij dit deel van het antwoord nogmaals.
De laatste informatie (van 31 mei 2010) die we van het bestuur hebben ontvangen houdt in dat de kabelkrant inmiddels volledig werkt en positieve reacties oplevert. Inmiddels zijn er 6 nieuwe vrijwilligers aangetrokken en is er een samenwerking gestart met 3 omroepen uit de Achterhoek. Bij de website zijn er nog problemen met de provider, maar er wordt gewerkt aan een nieuwe site, die binnen enkele dagen in de lucht moet zijn. Het bestuur geeft aan dat de TV inmiddels op 99% functioneert en er slechts nog enkele details verbeterd moeten worden. De radio functioneert nu op 80% en binnen een paar dagen helemaal. Aldus het bestuur.

Uiteraard zullen wij dit verder volgen.

2. Wat zijn de consequenties, bijv. voor de zendvergunning, wanneer dit niet gebeurt?

De zendvergunning wordt afgegeven en eventueel ingetrokken door het Commissariaat voor de Media. Het Commissariaat controleert lokale omroepen steekproefsgewijs. Indien het Commissariaat daar aanleiding toe ziet, kan het ook een controle uitvoeren als er signalen komen, dat een lokale omroep mogelijk niet aan de eisen voldoet. Constateert het Commissariaat inderdaad dat een lokale omroep niet aan de eisen voldoet, dan kan het boetes opleggen en in het uiterste geval de zendvergunning intrekken.
Wij hebben contact gehad met het Commissariaat om duidelijkheid te krijgen over de verantwoordelijkheden van gemeente en Commissariaat. Daarbij wilde het Commissariaat niet aangeven of zij andere signalen had gekregen van de huidige problemen bij M-FM en of er een controle zou plaatsvinden.
In de beantwoording van de vragen van GroenLinks is nader ingegaan op de grenzen van de verantwoordelijkheid van gemeente bij het komende besluit over de representativiteit van het PBO en later dit jaar bij de subsidieverlening.

Terug met die stemcomputer!

Die democratie kost nogal wat zweet kan ik u zeggen. Ik was vorige week met ’n paar onderbrekingen van ’s morgens zeven uur tot ’s nachts één uur in touw op een warm stembureau. Tijdens het stemmen valt het nog best mee. Afleiding genoeg. Al wordt je in de loop van de dag behoorlijk gaar gestoofd.

Maar na het sluiten van de stembus, om negen uur in de avond, is het hurry up. Dan moet er geteld worden. We hadden er met z’n zessen, George, Monique, Sjoukje, Ger, Deborah en ik, ruim drie uur voor nodig. Gelukkig hadden wij voldoende ruimte én tafels die we voor het tellen konden gebruiken. Eerst uitsorteren en vervolgens tellen. De stembiljetten waren groot als tafellakens . Je grijpt dan niet even een dik pak biljetten om ze uit venten over de verschillende stapels. Het is heen en weer snellen van tafel naar tafel met telkens een klein pakje biljetten op de arm. Het leek wel een rituele dans. Je moet dat ook niet met z’n allen tegelijk doen want dan wordt het een chaos. En scherp blijven natuurlijk. Foutjes zijn zo gemaakt.

Startpunt is het aantal ontvangen stempassen en machtigingen. Dat moet exact gelijk zijn aan het aantal uitgegeven stembiljetten. Dat klopte gelukkig precies. Vervolgens worden de stembiljetten uitgevouwen en daarna gesorteerd per partij. De blanco’s en ongeldige stemmen worden apart gehouden. Dan worden de stemmen per partij geteld. Dat leverde een verschil van drie op met het vereiste aantal (het aantal uitgegeven stembiljetten). Maar geen nood. Het betreft slechts de voorlopige uitslag. Die wordt doorgebeld naar het gemeentehuis. Dat is de uitslag die op televisie wordt meegeteld.

Je bent dan al wel een dik uur bezig hoor. Dan begint het nauwkeurige werk. Het tellen van de stemmen per kandidaat. Het is bijna onvermijdelijk dat er kleine verschillen ontstaan. De flinterdunne biljetten kleven aan elkaar en je moet goed opletten dat er geen twee tegelijk tussen de vingers doorschuiven. Maar alle cijfers moeten kloppen dus dan is het weer opnieuw tellen, en nog eens. Net zolang tot het wél klopt. Om twaalf uur hadden we eindelijk alles op orde en konden we naar het gemeentehuis voor de officiële eindcontrole. Om ’n uur of een was alles klaar en konden we, compleet murw, naar huis.

Van mij mag de stemcomputer terugkomen. Die zijn best beter controleerbaar te maken. Bij het stemmen wordt een stembiljet geprint waarmee de kiezer zijn keuze controleert. Vervolgens wordt dat papier in een stembus gedeponeerd. Steekproefsgewijze telling van de stembiljetten is een prima controle. Dat natellen kan desnoods ook standaard voor alle stemmachines gedaan worden. De biljetten hoeven niet zo onmenselijke groot als nu te zijn en kunnen vrij eenvoudig met telmachines worden nageteld. Als er dan nog iemand twijfelt kan dat achteraf ook nog eens handmatig.

Het maakt het allemaal gemakkelijker voor de kiezer. En de resultaten zijn snel beschikbaar, eenvoudig te controleren en uiterst betrouwbaar.

En ik heb dan geen extra vrije dag nodig om bij te komen.