GroenLinks deed het relatief goed bij de verkiezingen voor het Europees parlement en in de peilingen staat de partij er ook redelijk goed voor. Verder kan ik er op landelijk niveau niet zoveel over zeggen. Ik heb nog ’n boekje liggen van Femke Halsema maar ik kom er maar niet toe om dat te uit te lezen. Ik ben er wel aan begonnen maar telkens komt er ander interessanter leesvoer tussen. Wat bij mij van de eerste pagina’s is blijven hangen (mijn interpretatie) is dat mensen ook weleens zwak zijn en het zichzelf vooral niet kwalijk moeten nemen als zij aanvechting voelen om eens flink te genieten van de geneugten des levens. Als ze de grote groene lijn in het algemeen maar in het oog houden. Je mag dus wel eens een scheve, niet zo groene, schaats rijden als je morgen maar weer goed oplet. Ik kan er niet zoveel mee.
GroenLinks is niet mijn partij en zal dat ook niet snel worden. Ik kan de partij best waarderen hoor. Zolang ze maar consequent handelt. Dat kwam in de vorige raadsperiode een stuk beter uit de verf dan nu. Bovendien ben ik niet zo groen. Bij mij komt de burger op de eerste plaats. Als dat samengaat met behoud of versterking van de natuur dan vind ik het prima maar het moet niet omgedraaid worden. En kunstmatige natuur zoals op het Rozendaalse Veld hoeft voor mij al helemaal niet.
Maar soms kom ik groener uit dan de lokale groene afgevaardigden. Vanuit een andere invalshoek weliswaar. Nimmer Dor is gezien de ontwikkeling en samenstelling van de bevolkingsopbouw niet noodzakelijk en voor de show zouden er slechts enkele woningen in de sociale sector komen. Het lijkt vooral het belang van de projectontwikkelaar en de OZB-kas van de gemeente te dienen. In zo’n geval kies ik voor de steenuil. En al helemaal als het gemeentebestuur doof blijft voor geluiden uit de bevolking. En met Riviersteen is het al net zo. Voor mij hoeft er geen speeltuin voor de rijken te worden aangelegd. Dan zie ik op die plek liever koeien en ganzen in de wei.
In kwesties als Nimmer Dor en Riviersteen heeft GroenLinks zich jaren koest gehouden. De principes werden ingeruild voor een wethouderszetel. De wethouder van GroenLinks verklaarde zelfs nadrukkelijk achter het Riviersteen-plan te staan. Er ontstond binnen GroenLinks behoorlijk verwarring over. Terwijl de Tweede Kamer-fractie van de partij kritische vragen over Nimmer Dor en Riviersteen aan de betrokken minister stelde wist de lokale afdeling (zogenaamd?) van niks. De communicatie binnen de partij verdient dus ook geen schoonheidsprijs. De coalitie en het college bleven heilig voor de raadsfractie. Pas nadat de lokale VVD haar standpunt over Riviersteen ten gunste van natuur wijzigde durfde GroenLinks zich te roeren. Als mosterd na de maaltijd. Niet geloofwaardig. Een ontstellend gebrek aan durf. Een slappe houding waar de raadsleden nu wel spijt van zullen hebben.
Maar het is nog niet afgelopen. Het gaat maar door. Je zou toch denken dat zo’n partij zonder aarzeling achter het burgerinitiatief voor onderzoek naar de luchtkwaliteit en het geluid bij de A12 gaat staan. Maar nee hoor, de GroenLinks-wethouder (en dús ook de raadsfractie) heeft er geen behoefte aan.
Aanvankelijk had ik heel wat meer van GroenLinks verwacht. De kritische opstelling van de raadsfractie in Hart van Dieren kon op mijn waardering rekenen. Maar de berekenende manier waarop GroenLinks, met wethouder Tiemens voorop, deze raadsperiode politiek bedrijft laat zien dat ook bij deze partij het pluche belangrijker is dan de idee. De principes zijn slechts een vehikel. Een voertuig naar macht.
En dan straks, in de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen, weer roepen dat GroenLinks pal staat voor het milieu en de natuur? Kom op zeg!
Enfin. De discussies over deze onderwerpen, ook op deze weblog, zeggen genoeg. In Rheden is GroenLinks verworden tot een vage partij. Een soort schaduw-PvdA. Geen schim van wat het ooit was.
Het Rhedense GroenLinks zal het volgend jaar bij de gemeenteraadsverkiezingen vooral moeten hebben van de landelijke populariteit. Zal wel genoeg zijn hoor want dat is waar de kiezer vooral door wordt beïnvloed. Dus voorlopig zitten de raadsleden nog goed. Maar dat is niet hun eigen verdienste.
Van origine was GroenLinks een samenwerkingsverband van vier partijen: CPN, PSP, PPR en EVP. Gezien haar programmapunten en politieke oriëntatie, was de partij echter eerder een voortzetting van de PPR. De radicalere standpunten van de CPN en de PSP kwamen in GroenLinks niet uit de verf. Het is in dit kader niet verwonderlijk dat delen van de CPN- en PSP-aanhang nieuwe partijen oprichten - respectievelijk de NCPN en PSP ’92 - waarin de oorspronkelijke politieke tradities van deze partijen beter tot hun recht kwamen. Deze partijen bleken electoraal overigens weinig succesvol.
BeantwoordenVerwijderenGroenLinks werd primair een milieupartij die met name de laatste jaren een niet al te extreem profiel aannam. Een mogelijk toekomstige regeringsverantwoordelijkheid, die langzaam maar zeker binnen bereik leek te komen, speelde hierbij ongetwijfeld een kardinale rol.
De deradicalisering van GroenLinks komt eveneens naar voren in de Rhedense politieke praktijk. GroenLinks etaleert zich als een partij die zich voornamelijk loyaal wil tonen aan het college, met als consequentie dat de groene beginselen naar de achtergrond verdwijnen. Theo Kooijmans heeft dit in zijn bijdrage aan de hand van enkele actuele voorbeelden al inzichtelijk gemaakt, zodat een uitgebreidere analyse hier achterwege kan blijven.
Dank voor je college Bob. Ja, de EVP was al uit mijn geheugen verdwenenen, net als de NCPN. Van PSP '92 staat me helemaal niets bij. Is vd Spek daar nog terecht gekomen of was ie toen al helemaal uit beeld?
BeantwoordenVerwijderenFred van der Spek was inderdaad lid van PSP ’92.
BeantwoordenVerwijderenEr is overigens sprake van een algemene trend. Partijen die radicale maatschappelijke veranderingen hebben opgenomen in hun programma, komen vroeg of laat voor het dilemma: vasthouden aan de principes of het politieke program heroverwegen. Dit leidt nagenoeg altijd tot een richtingenstrijd binnen de partij.
Binnen GroenLinks-Rheden zien we ook dit soort spanningen. Zonder hier namen te noemen - ik wil personen geen schade berokkenen -, lijken sommige GroenLinksers bereid zich, tot op zekere hoogte, kritisch op te stellen jegens het collegebeleid, terwijl anderen prioriteit leggen bij het voorbestaan van het college.
Het gaat weliswaar om de ideologie en de inhoud maar personen die de ideeën dragen maken de politiek juist interessant. Dus van mij mag je best namen noemen. Dat geeft een extra dimensie en leidt binnen en buiten de partijen tot verheldering.
BeantwoordenVerwijderenJe hebt gelijk als het om bijdragen gaat in het publieke debat. Indien uitspraken of standpunten door personen in een vertrouwelijke omgeving zijn gedaan of uitgewisseld, zoals in een (telefonisch) gesprek of in een e-mail, acht ik het niet discreet hierover op een forum te berichten. In het onderhavige geval is hiervan sprake.
BeantwoordenVerwijderenIk begrijp 't maar je maakt me wel nieuwsgierig. Misschien zien we de komende maanden nog uitingen van die strijd. Zoiets als bij de vorige raadsverkiezingen in Arnhem waar wethouder de Ronde het veld moest ruimen voor Wieneke de Waard. Of zou GL daarvan geleerd hebben?
BeantwoordenVerwijderenIk begrijp je nieuwsgierigheid, maar ik vind dat ik hierin discreet moet zijn.
BeantwoordenVerwijderen