Het Rhedense
college van B&W stelt voor om te kiezen voor uitwerking
van het scenario “gezamenlijke zwemvoorziening met Arnhem” Dat is de uitkomst
van studies naar de scenario’s “gezamenlijke
zwemvoorziening met Arnhem” en “gebiedsontwikkeling plangebied Gruttostraat en
omgeving”.
Volgens B&W zijn beide scenario’s een goed
alternatief voor vervanging van zwembad De Dumpel.
De locatie Gruttostraat is gebaseerd op samenwerking met lokale
partners als het nabijgelegen ROC-A12, Jagyba en zwemvereniging PFC. Het
verwacht (gemiddeld) exploitatietekort is praktisch gelijk met het andere
scenario. Omdat het samenwerkingsconcept zich nog in de praktijk nog moet
bewijzen, bevat dit scenario meer (financiële risico’s) en onzekerheden. De
continuïteit van de samenwerking en effecten van het leerbedrijf zullen zich
nog moeten bewijzen. Voordeel is dat er een grotere (maatschappelijke)
betrokkenheid ontstaat.
De conclusie van B&W over de locatie Gruttostraat:
Dit scenario biedt kansen voor samenwerking met lokale
partners en marktpartijen. Daarnaast biedt dit scenario (stedenbouwkundige)
kansen om het gebied Gruttostraat en omgeving van een kwaliteitsimpuls te
voorzien. Het is echter ook een gegeven dat dit concept, op onderdelen,
ambitieus is en zich in de praktijk nog moet bewijzen en daardoor meer
(financiële) risico’s en onzekerheden met zich meebrengt
De locatie “Gat van Gerritsen” is gebaseerd op het
samenvoegen van de zwembaden De Dumpel en Valkenhuizen in een nieuw gezamenlijk zwembad. Feitelijk worden de beide exploitaties
samengevoegd. Het verwacht (gemiddeld)
exploitatietekort van dit scenario is (op basis van de verdeling 40/60)
vergelijkbaar met het andere scenario. Het betreft een vrij traditionele
exploitatie gebaseerd op de huidige twee exploitaties en de risico’s en
onzekerheden met betrekking tot de exploitatie zijn dan ook relatief beperkt.
Het bijzondere aan dit scenario is dat het een gezamenlijk zwembad betreft van
twee gemeenten. Dit heeft consequenties voor o.a. eigendom en beheer, zeggenschap
en regie en verdeling van kosten.
De conclusie van B&W over het gezamenlijke zwembad:
Het scenario van een gezamenlijk bad past uitstekend in
het streven naar meer regionale samenwerking. Het verwacht exploitatietekort is
overeenkomstig het scenario Gruttostraat maar daarvoor krijg je meer
(zwembad)water. Doordat het een samenvoeging van bestaande exploitaties
betreft, zijn de onzekerheden en risico’s in de exploitatieprognose relatief
beperkt. De uitdaging bij dit scenario zit in het feit dat het een gezamenlijk
zwembad betreft en de rechten, plichten en verantwoordelijkheden van beide
gemeenten goed moeten worden vastgelegd.
Onderstaand
de kenmerken van beide baden. Het gezamenlijke zwembad heeft drie baden terwijl
de “Grutto”over twee zwembaden beschikt. Daar staat tegenover dat het
gezamenlijke zwembad niet over speelwater voor kleine kinderen beschikt terwijl
de “Grutto” voorziet in een waterspeeltuin van 50 m2
Ik neem nu geen standpunt in.
Daarvoor heb ik me nog te weinig in de materie verdiept. Maar ik raad de gemeenteraad
aan om heel goed na te denken voordat ze een keuze maakt. B&W reppen bijvoorbeeld
over risico’s die de samenwerking met Yagyba, PFC en ROCA12 zouden brengen omdat
er nog geen ervaring met deze samenwerking is opgedaan. Dat kan zo zijn maar dat
geldt net zo goed voor een gezamenlijk zwembad van Rheden en Arnhem. Dat
argument zie ik niet terug.
Daarnaast kun je vragen stellen bij de
vanzelfsprekendheid van regionale samenwerking. Is dat altijd wel zo goed? Vraagt
niemand zich dat eens af? Wil de gemeenteraad dat wel? Willen wij dat wel? Daar
valt volgens mij nog een hele hoop over te zeggen.
Maar ook vragen als “Wat
gaat Arnhem doen als Rheden kiest voor een zwembad aan de Gruttostraat?” zijn
wel aardig. Zou Arnhem dan zelf een nieuw zwembad elders bouwen? En dan concurreren met Rheden? Trouwens,
waarom zou Arnhem niet meedoen met een zwembad aan de Gruttostraat? Kan toch
ook? Misschien kan dat zwembad dan zelfs worden uitgebreid en kunnen meer
partners, ook uit Arnhem, in zo’n scenario participeren. De keuze voor het “gat
van Gerritsen” heeft toch alleen te maken met de locatie en niet met andere zaken
die op zich niets met een zwembad te maken hebben? Althans dat mag ik hopen. Vragen
of er nog andere belangen rond dat “gat van Gerritsen” spelen zijn dan ook zeker
legitiem.
Tussen neus en lippen door wordt
ook aangekondigd dat in een volgende stap de sportbedrijven van beide gemeenten
worden samengevoegd. Hoe zit het met de zeggenschap van de raad daarover? Welke
gevolgen heeft dit voor de sportaccommodaties en de sportverenigingen in de gemeente?
Willen we dit? Is dit gunstig of in de toekomst juist ongunstig voor de verenigingen?
Wij moeten ons in deze
gemeente ernstig afvragen of de weg van samenwerking en verdergaande schaalvergroting
wel altijd de juiste is. Dat is een fundamentele vraag die deze gemeenteraad
zich eens echt moet gaan stellen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten