Door: Bob Bouhuijs
Alsof ze uit een speelgoedwinkel komen. Zo onbevangen kijken de kleine
donzige steenuiltjes de wereld in. En dan worden ze, behoedzaam, een voor een, geringd, zodat hun levenspad getraceerd kan worden. Op Nimmer Dor zijn zeven jonge steenuilen uit het ei gekropen: drie aan de Talmaweg en vier aan de Harderwijkerweg. Ondanks dit ogenschijnlijke broedsucces, lopen al deze diertjes een onmiddellijk gevaar: de schade die de laatste jaren aan dit foerageergebied in Laag-Soeren is aangebracht begint zijn tol te eisen. Ook voor de toekomst ziet het er somber uit. Tot nu toe heeft de gemeente nagelaten een steenuilenmanagementplan tot stand te brengen.
Alsof ze uit een speelgoedwinkel komen. Zo onbevangen kijken de kleine
donzige steenuiltjes de wereld in. En dan worden ze, behoedzaam, een voor een, geringd, zodat hun levenspad getraceerd kan worden. Op Nimmer Dor zijn zeven jonge steenuilen uit het ei gekropen: drie aan de Talmaweg en vier aan de Harderwijkerweg. Ondanks dit ogenschijnlijke broedsucces, lopen al deze diertjes een onmiddellijk gevaar: de schade die de laatste jaren aan dit foerageergebied in Laag-Soeren is aangebracht begint zijn tol te eisen. Ook voor de toekomst ziet het er somber uit. Tot nu toe heeft de gemeente nagelaten een steenuilenmanagementplan tot stand te brengen.
‘De
steenuil redt het niet’. Met deze pregnante kop besteedde de Gelderlander
enkele maanden terug aandacht aan de hachelijke situatie van de steenuilen op
Nimmer Dor. In de tussenliggende tijd is de conditie van het foerageergebied
verslechterd. De abominabele staat van het biotoop leidt tot voedselschaarste.
Het is goed denkbaar dat het ondergewicht van de vier uiltjes aan de Harderwijkerweg
hieraan te wijten is.
Het meest
dramatische is dat de existentiële nood waarin de jonge steenuilen zich bevinden
rechtstreeks voortkomt uit gemeentelijk beleid. Het op deze weblog eerder
besproken ploegen van het zuidelijke deel van het plangebied en het achterwege
laten van het begrazen en regelmatig maaien van het noordelijke deel, maken het
voor de oudere uilen lastig om nog voldoende voedsel voor hun kroost te vinden.
Voorts
heeft de gemeente tot op heden nagelaten een steenuilenmanagementplan te
ontwerpen. Dit plan ziet pas later dit jaar het
licht. In dit plan zou de gemeente in samenspraak met het IVN een alternatief foerageergebied voor de steenuilen op Nimmer Dor ontwikkelen. Onafhankelijk adviesbureau Loo Plan zou dit plan beoordelen. Het resterende noordelijke deel van Nimmer Dor zou samen met dit alternatieve biotoop het nieuwe foerageergebied gaan vormen.
licht. In dit plan zou de gemeente in samenspraak met het IVN een alternatief foerageergebied voor de steenuilen op Nimmer Dor ontwikkelen. Onafhankelijk adviesbureau Loo Plan zou dit plan beoordelen. Het resterende noordelijke deel van Nimmer Dor zou samen met dit alternatieve biotoop het nieuwe foerageergebied gaan vormen.
Een
adequaat managementplan is hoe dan ook een voorwaarde om op Nimmer Dor te
kunnen bouwen. Het feit dat de gemeente er voor kiest eerst een ontheffing aan
te vragen en pas later in dit jaar een managementplan gaat voltooien, lijkt dus
een riskante, zo niet onmogelijke route.
In de
tussentijd ondermijnt de gemeente het steenuilenbiotoop, zonder dat een
alternatief foerageergebied tot stand is gebracht. Verantwoordelijk wethouder
Ron König meent dat een optimale inrichting en beheer van het noordelijke deel
van het plangebied voldoende zal zijn om beide steenuilenparen van een biotoop
te voorzien. De expertiserapporten wijzen in een totaal andere richting. De
twee-en-een-halve hectare die onbebouwd zal blijven, voldoet bij lange na niet
aan de omvang van een noodzakelijk foerageergebied van een enkel paar, laat
staan van twee paren. Zo stelt de Soortenstandaard Steenuil van het ministerie
van Economische Zaken dat het territorium van een steenuil in Nederland tussen
de vijf en dertig hectare beslaat.
Hier komt
nog bij dat het noorden van het terrein thans nauwelijks wordt beheerd - van maaien
is de laatste maanden slechts een enkele keer sprake geweest - en de gemeente
de particuliere grondeigenaren onmogelijk kan dwingen tot een optimaal beheer.
Ten slotte
zijn de omliggende gronden, die ten oosten van de Talmaweg en ten zuiden van de
Van Zwietenlaan, momenteel niet zo ingericht dat ze dienst kunnen doen als
alternatief foerageergebied.
Het moge
wederom duidelijk zijn: de gemeente offert de nieuwe generatie steenuilen aan
de mogelijkheid ooit te kunnen bouwen op Nimmer Dor. Dit doet ze overigens
visieloos, want ook vanuit een juridisch oogpunt is compensatie van het
geofferde gebied noodzakelijk. Een lange juridische strijd ligt dan ook in het
verschiet, waarbij winst voor de gemeente allerminst zeker is.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten