Het Lysias-rapport heeft het over feiten en constateringen maar had van mij meer aandacht mogen besteden aan de politieke context waarin alles zich heeft afgespeeld. De (politieke) verhoudingen in de raad en tussen de raad en het college van B&W.
Bij lezing van het rapport kreeg ik het gevoel dat het puur om organisaties, posities in die organisaties, over procedures en formele bevoegdheden ging.
Politieke context: een lastig en glibberig onderwerp maar het kan meer inzicht geven. Bijvoorbeeld in het feit dat de raad zo weinig grip kreeg op het project.
Dat wil niet zeggen dat het rapport geen politiek instrument is. Er wordt wel degelijk politiek bedreven met het rapport. Maar daar kom ik nog op terug.
In 2005 zat Leefbaar Rheden nog in de coalitie. Met twee moties hebben wij toen geprobeerd om de kaderstellende en controlerende rol inhoud te geven. De raad heeft beide keren deze voorstellen verworpen. En waarom? Daar zijn meerdere oorzaken voor aan te wijzen.
• Coalitie” partners” VVD en CDA wilden al langer af van Leefbaar Rheden. Bij het aantreden van de coalitie veronderstelden deze partijen een volgzame partij die braaf alle beslissingen van het college zou volgen en zich zou aansluiten bij de gedachten en opinies van VVD en CDA. Maar dat pakte anders uit. Leefbaar Rheden stelde zich kritisch en onafhankelijk op en dat was moeilijk voor die partijen te verteren. Uiteindelijk wilden ze gewoon van Leefbaar Rheden af. Dat heeft zeker meegespeeld bij de stemmingen over de moties.
• Het college vreesde dat de raad teveel invloed kreeg. Het college van B&W heeft een actieve rol gespeeld in het voorkomen dat de raad meer grip op het project kreeg. Na het sneuvelen van de eerste motie over controle op het project (31 mei 2005) hebben VVD-wethouder Holleman en CDA-wethouder Jansen achter de rug van Leefbaar Rheden om een tweede motie over het aantrekken van een raadsadviseur getorpedeerd. De fractievoorzitters van CDA en VVD die eerst géén bezwaar hadden tegen een raadsadviseur bleken na dat gesprek ineens tegen. Duidelijker voorbeeld van invloed van het college op de raad is bijna niet denkbaar.
• Onkunde en pure luiheid van raadsleden. De voorbeelden van uit de hand gelopen projecten lagen voor het grijpen. Op landelijk niveau had de commissie-Duijvestijn uitgebreid onderzoek naar dit fenomeen gedaan en was met concrete en werkbare aanbevelingen gekomen. Maar behalve wij had niemand in de raad de moeite genomen om deze stukken te lezen en een aantal van deze aanbevelingen te vertalen naar Hart van Dieren. Waarom zouden ze ook? Het was veel makkelijker om het college te volgen. Bovendien kreeg ik de indruk dat veel raadsleden niet eens begrepen waar het allemaal om ging.
• Politiek om de politiek. Het algemeen belang sneeuwt nogal eens onder bij het partijbelang. Dat begrijp ik op zich prima maar als grote belangen op het spel staan zoals bij Hart van Dieren moet je je boven het partijbelang kunnen stellen. En niet alleen maar tegen zijn omdat een voorstel niet uit eigen koker komt. En partijen die overal tegen zijn kom je ook overal tegen.
• (Mis)gunning. Niets menselijks is ons vreemd. Persoonlijke verhoduingen, sympathiën en antipathiën spelen ook in de politiek een grote rol. Vaak gemaskeerd door politieke argumenten. Van de één accepteer je nu eenmaal eerder een idee of voorstel dan van iemand die je minder goed ligt.
Dat schetsen van die politieke context hoeft natuurlijk niet allemaal op de wijze zoals hierboven beschreven en het beslaat niet alleen Leefbaar Rheden maar de hele politiek-brede constellatie. Dit facet blijft echter onderbelicht in het rapport.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten