Wij voelden ons in de steek gelaten door onze coalitiepartners. Wij waren woedend en ik sprak in de raadsvergadering de woorden “Wij zijn tegen. Wij trekken hieruit consequenties en zullen ons beraden op onze positie in de coalitie”.
De rapen waren gaar. De vergadering werd op verzoek van de PvdA geschorst voor overleg.
De PvdA toonde begrip voor ons. Pedro Canters, fractievoorzitter van de PvdA,,deed naar mijn idee oprecht zijn best om ons in de coalitie te houden. Tijdens dat korte overleg gaven de PvdA, CDA en VVD aan dat zij de coalitie wilden behouden en dat er later gepraat kon worden over het aanstellen van een raadsadviseur. Ik vertrouw op een woord dat wordt gegeven. Zo ook nu. Voor ons was deze belofte voldoende. En wij hadden natuurlijk ook de positie van onze man in het college, Kees Hermsen, in ons achterhoofd. Hij had als wethouder niets te maken met Hart van Dieren en had part noch deel aan dit conflict.
Wij bleven dus in de coalitie. Achteraf had ik hier spijt van als haren op mijn hoofd. Alles was mis gegaan. Alles was in goed vertrouwen, maar wel ontzettend dom, door ons aangepakt.
Ik heb hier drie belangrijke fouten gemaakt. Ik had nooit vooraf met wethouder Wilschut over de motie moeten overleggen, laat staan de tekst naar hem toesturen.
Verder vertrouwde ik erop dat de raad haar rol serieus nam en inderdaad grip op het project wilde hebben. Die indruk werd nog versterkt door uitspraken van individuele raadsleden maar ook door de het eerdere pleidooi van de PvdA voor externe ondersteuning van de raad.
En tenslotte: Wij hadden gewoon ons hart moeten volgen en uit de coalitie moeten stappen.
In juni 2005 werd de samenwerkingsovereenkomst met ProRail en de provincie getekend. Daarvoor werden natuurlijk ook de raadsleden uitgenodigd. Ik liet verstek gaan. Ik had geen enkele behoefte om me aan te sluiten bij de feestende hotemetoten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten