Weblog “de Nieuwe Reporter” publiceerde onlangs het artikel Ruimte voor kwaliteit? Media en journalistiek op het digitale kruispunt.
Dat artikel is een uitgebreide weergave van een “ openbare les” van Piet Bakker ter gelegenheid van zijn inauguratie als s lector ‘crossmediale content’ aan de journalistenopleiding van de Hogeschool Utrecht.
Als voorbeeld gebruikt Piet Bakker het plagiaat van Ada Boerma. Hoe en waar is dit nieuws ontstaan en wat gebeurde ermee?
De introductie beschrijft de melding van de ontdekking van Ada’s letterdieverij op Politiek Rheden en de weg die het nieuws vervolgens nam. Na drie weken bereikte Ada’s plagiaat Omroep Gelderland waarop de media-bom barstte.
Ik heb er al eerder over de “openbare les” van Piet Bakker geschreven. Twee weken geleden ontving ik van Piet Bakker ook de gedrukte versie. Een aardige geste die ik dan ook zeer op prijs stel en een mooie aanleiding voor een nieuw artikel.
In deze les gaat Piet Bakker in op wat hij noemt de “crossmediale revolutie” : de opkomst van steeds meer tv- en radiozenders, nieuwe kranten en tijdschriften en de digitale media, wederzijdse beïnvloeding en het “ oversteken” van het nieuws van het ene naar het andere medium.
Crossmedia is de uitwisseling van informatie, , het oversteken van grenzen, tussen verschillende soorten media, de kranten, tijdschriften, radio, televisie en het internet.
Piet vraagt zich af of ‘echte’ journalisten overbodig worden. Kunnen hun taken niet net zo goed worden vervuld door bloggers of door lezers die het nieuws zelf aanbieden aan de media? Heeft journalistiek nog zin?
Zuiver retorische vragen natuurlijk. In het tweede hoofdstuk van de les beschrijft hij de media, het media-aanbod en de gebruikers van die media, de veranderingen die er plaatsvinden en hoe daarmee om te gaan en te anticiperen. Hij beveelt de journalistiek aan om een crossmedia strategie te ontwikkelen als antwoord op het veranderende mediagebruik van het publiek.
Vervolgens krijgt crossmedia als publicatiestrategie aandacht. Maak een goed gebruik van alle mogelijkheden die oude en nieuwe mediavormen bieden. En focus niet op het medium maar op de boodschap. Het medium dient gebruikt te worden om de boodschap in de juiste cq aantrekkelijkste vorm te gieten. Hij waarschuwt voor het vastroesten, het teveel aan het verleden gebonden zitten waardoor vernieuwing wordt geremd.
In het laatste hoofdstuk wordt “crossmediale” journalistiek belicht. De commercie heeft grote impact op de journalistiek en de journalist moet daar aan wennen. Oplagen van de traditionele kranten blijven slinken en de journalisten zullen zich steeds opnieuw moeten bewijzen in een veranderende media-omgeving. En zullen zich moeten onderscheiden in kwaliteit.
Het boekje sluit af met de onderzoeksagenda.
Hoe pas je onderzoeksjournalistiek toe in een multimediale omgeving? Hoe kunnen de media worden ingezet om maatschappelijke discussies te stimuleren? Hoe kan vaardigheid op muti-mediaal gebied efficiënt wijze worden toegepast? Hoe moet de journalistiek in de multimdeiale context georganiseeerd worden?
En tenslotte vraagt Piet Bakker aandacht voor de relatie tussen de inhoud en de werkwijze van oude media en journalistieke activiteiten van non-professionals en vraagt zich onder andere af
“Hoe komt het dat een 57-jarige blogger uit Rheden – niet echt het beeld dat we van de internet –nerd hebben – de gevestigde media verslaat”.
De les wordt besloten met de constatering dat print niet dood is, dat er ruimte blijft voor kwaliteitsjournalistiek, maar dat innovatie noodzaak is en journalisten meer moeten kunnen.
En, niet onbelangrijk, dat er nog genoeg te onderzoeken valt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten