Geef uw mening!
Stuur uw brieven, foto's, afbeeldingen, filmpjes of cartoons naar
theo.kooijmans@gmail.com
Maak het niet te bont. De redactie behoudt zich het recht voor om inzendingen zonder opgaaf van redenen te weigeren.

zondag 4 oktober 2009

Teveel zwijnen (en inmiddels ook edelherten) op de Veluwe?

Twee jaar terug waren er teveel wilde zwijnen op de Veluwe. Er werden dan ook grote aantallen zwijnen afgeschoten. Er waren tellingen van 6000 stuks terwijl een verantwoord aantal op maximaal 800 zou liggen.

Maar het is maar de vraag of dat aantal werkelijk rond die 800 moet liggen, of het niet veel te laag is. Kenners wijzen erop dat onderbevolking juist een van de aanjagers is voor bevolkingsexplosies. De omstandigheden op de Veluwe veranderen en voor een stabiele zwijnenpopulatie zou een veel hoger aantal moeten worden aangehouden. Nu ontstaat er een jojo-effect.

Tegenstanders van de massajacht verwijten de overheid een gebrek aan kennis en het ontbreken van gedegen onderzoek.

Marcel Vossestein uit Nunspeet, voormalig voorzitter van de Natuurbeschermingscommissie van de KNNV, vereniging voor veldbiologie zet zich al jaren in voor een beter faunabeheer waarbij massajacht en de daarmee gepaard gaande herhaaldelijke verstoring van de populaties zwijnen, herten en reeën wordt teruggedrongen.

Ik ontving van de week een mail en een reeks documenten van hem. Ik heb getwijfeld of ik ‘m zou plaatsen want eigenlijk moet je je diepgaand ingraven in de materie. Maar zijn strijd vind ik wel sympathiek. In de rechtszaken die hij voert wordt Vossestein, een gerenommeerd en erkend deskundig, niet aangemerkt als belanghebbende.

Maar hij lijkt hij nu al zijn gelijk te krijgen. Nu zijn de edelherten de klos. Terwijl op 18 september de Gelderlander enthousiast berichtte over de terugkeer van het edelhert in de Achterhoek en Twente konden we gisteren lezen dat de helft van de Veluwse edelherten afschot wacht.
Dit toont aan dat er iets grondig mis is met het faunabeheer in Nederland.

Onderstaand de mail van dhr. Vossestein aan de minister, de gedeputeerde van de provincie, Twwede kamer en Provinciale Staten. De bijgevoegde documenten zijn te omvangrijk om op de blog te publiceren.

--------------
Geachte mevrouw Verburg, heer Keereweer en leden van de Tweede Kamer en van Provinciale Staten van Gelderland en anderen,

Ondanks de verlangde aanvullende toelichting (van 16 acties in 2 jaar, waaronder 3 rapporten) op mijn belang bij het zorgvuldig beheer van de wilde zwijnen heb ik me – in de ogen van de voorzieningenrechter - onvoldoende onderscheiden van anderen om als belanghebbende te worden aangemerkt. Ook het feit dat twee nota’s aanleiding waren tot een onderzoek door de Wageningen Universiteit ter ondersteuning van de Provincie Gelderland en ook het verzoek van de Provincie Gelderland om als particulier mijn visie te geven op het concept Faunabeheerplan Gelderland legden blijkbaar onvoldoende gewicht in de schaal.

Te uwer informatie bijgaand het Verzoek om voorlopige voorziening, Verzoek Rechtbank om toelichting status belanghebbende, Verweerschrift Provincie Gelderland, Repliek op verweerschrift, Nader verweerschrift Provincie Gelderland, Uitspraak voorzieningenrechter.

Op grond van de heersende leer inzake het begrip belanghebbende was me het volgende uitgangspunt gebleken:

“Degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken komt een bezwaar- en beroepsrecht toe: dat wil zeggen, dat diegene het recht heeft om aan de orde te stellen of dat besluit naar vorm en inhoud in overeenstemming met het geldende recht is vastgesteld. Dit geldt ook in het geval de belanghebbende een derde is, wiens belangen, gelet op het betreffende wettelijk afwegingskader, bij de besluitvorming niet mochten meewegen.[1]

En zeker omdat dit in de studie van de Universiteiten van Tilburg en Groningen met het volgende citaat werd ondersteund:

‘In het tweede geval rijst de vraag of het aanvaardbaar is dat geen rechterlijk toezicht wordt uitgeoefend op het in acht nemen van die publiekrechtelijke rechtsnormen waaraan geen subjectieve rechten ontleend kunnen worden. Ik ben geneigd die vraag ontkennend te beantwoorden. Het moet rechtsstatelijk gezien onjuist worden geacht een sfeer te creëren waarin de handhaving van het objectieve recht door het bestuur niet behoorlijk gewaarborgd is.’

Zeker gelet op de omvang van mijn (geschetste) inspanningen gedurende de afgelopen twee jaar en nadat de voorzieningenrechter - ondanks dat ook het voorstaande in de repliek was vermeld - dit zonder enige motivering of toelichting afwees, blijft ik nog sterker met de vraag achter welke inzet en betrokkenheid een burger als derde belanghebbende dan wel of nog meer ten toon dient te spreiden om wel als belanghebbende te worden aangemerkt.

Een ander eveneens in mijn repliek opgenomen omstandigheid vormt de tellingen wild zwijn 2009 en de daaruit af te leiden populatieopbouw en zeker de aantallen biggen die een uiterst opmerkelijke egalisatie in de onderscheiden gebieden vertonen in de relatie tot de cijfers van 2008. De tellingen 2009 waren aan het provinciaal verweerschrift toegevoegd. Mijn repliek gaf mijn indrukken als volgt weer:

In samenhang met de door mij in de maand april 2009 waargenomen herleving van de onrust in de bossen en aanleiding tot mijn aanvullende brief op de nota “De ‘turbojacht’ op de Veluwe” : “Bord in nationale succeskleur, maar er achter is het wild nog steeds panisch!” kom ik tot ernstige aanwijzingen voor aanvullende beheerpraktijken in de vorm van mogelijke ‘snoei-jacht’. De natuurlijke omstandigheden geven immers geen enkele aanleiding tot matiging van de voortplantingsprikkel.

De onrust in de bossen bleef in stand en had een vrijwel zeker nooit eerder gekende omvang. Daarnaast was het aantal wilde zwijnen met een vermoed aantal van 1.500 slechts 40% van het aantal winter 2007/08 toen 3.500 tot 4.000 overleefden en het aantal in zomer 2008 6.950 moet hebben bedragen. Per wild zwijn was 2½ keer meer voedsel beschikbaar.

Dit geeft aanleiding tot de twee mogelijkheden:
a. Er is sprake van een ‘bijgesnoeide’ telling van de stand;
b. Er is sprake van een telling van een ‘bijgesnoeide’ stand.
De grafiek geeft de verschillen in de aantallen biggen per zeug per deelgebied in 2008 en 2009 weer:


Het is uitermate onbevredigend om als burger met de maximale benutting van de mogelijkheden om kritisch, maar ook steeds constructief de oprechte zorg over het beheer van de grootste in het wild levende zoogdieren meest maximaal te benutten zonder een passende weerklank te ervaren. Een flink aantal betrokken personen als boswachters en vrijwilligers ziet dit dagelijks gedwongen machteloos aan. Het is uitermate wrang dat de primaire wettelijke bescherming van de dieren volledig wordt weggevaagd met het nachtelijk doorzoeken van leefgebieden ten dienste van secundaire belangen in de wet- en regelgeving als “overwegingen op het gebied van verkeersveiligheid, andere schade en dierenwelzijn”. Zoals ik aantoonde verdubbelen de aanrijdingen ten gevolge van het beheer en andere schade vrijwel zeker ook. De aandacht voor het dierenwelzijn krijgt vorm door het – in het geval van de wilde zwijnen – jaarlijks doden van ruim 80% van de populatie om te voorkomen dat gemiddeld hoogstens 35% een natuurlijke dood zou kunnen sterven.

De Provincie Gelderland mag dan – eveneens zonder gedegen toelichting of motivering - “in plaats van de huidige voorjaarstand van 870 Wilde Zwijnen, een nieuwe voorjaarsstand van 1080 (voedselarme jaren) tot 1580 wilde zwijnen (voedselrijke jaren)” toestaan, van een beheer dat daadwerkelijke aan de intrinsieke waarde van de dieren tegemoetkomt is nog volstrekt geen sprake. Dit wordt onderstreept door “Het gebruik van een geluidsdemper is afgewezen, de inzet van de restlichtversterker blijft gehandhaafd”. Sprekend met medebewoners van de Veluwe is al veel langer de reactie: “Ja, je hoort tegenwoordig niet meer als er gejaagd wordt”, “Ja, alleen als ze langs de wegen varkens afschieten is het te horen” en “Jagers kunnen doen wat ze willen, daar verandert de Provincie niks aan!”.

Het lijkt me meer dan gewenst dat u als de bestuurlijk verantwoordelijken op een zo kort mogelijke termijn tot de elementen besluiten zoals ik die in mijn voorziensverzoek heb aangereikt. Zeker nadat de rechter de correcte rechtshandhaving en uitvoering van wetten aan een uiterst beperkte kring meent te kunnen toevertrouwen.

Met vriendelijke groet,
Marcel Vossestein

1 opmerking:

  1. De gemeente Rheden heeft het faunabeheer volledig uit de hand gegeven aan de lokale wildbeheereenheid (jagers). Ik begrijp niet waarom de gemeente geen professioneel faunabeheerder aanneemt voor de hele gemeente? Lijkt mij geen overbodige luxe, goed toezicht op het faunabeheer in deze groene gemeente.

    BeantwoordenVerwijderen